kokkel 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een kokkel…
is een weekdier; is een dier
- [Afmeting] is meestal 3 tot 4 cm groot
- [Kleur] is wit, bruin of grijs
- [Bouw] is ongewerveld
- [Deel] heeft twee schelphelften en twee kleine sifons, waarvan de ene dient om water en voedsel binnen te laten en de andere om water en afvalstoffen uit te scheiden
- [Woongebied] leeft in intergetijdengebieden van wadden en grote strandvlakten, onder meer aan de Noordzee
- [Leeftijd] kan 10 jaar oud worden
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is eetbaar
- [Stoffelijke eigenschap algemeen] heeft een sterke, dikschalige schelp
- [Gebruikswijze] wordt onder meer gebruikt bij de bereiding van paella
- [Gedrag] is een alleseter; is een filtervoeder; graaft zich in
Wetenschappelijke naam: Cerastoderma edule
Rijk | Animalia; Dieren |
---|---|
Stam | Mollusca; Weekdieren |
Klasse | Bivalvia; Tweekleppigen |
Orde | Veneroida |
Familie | Cardiidae |
Geslacht | Cerastoderma |
Soort | Cerastoderma edule |
Algemene voorbeelden
Op het strand zie je vaak ronde geribbelde schelpen. Dat zijn kokkelschelpen. Kokkels leven langs de hele Nederlandse kust. Ze graven zich in in de bovenste drie centimeters van de zeebodem. Kokkels leven altijd met heel veel bij elkaar, soms wel met meer dan duizend op een vierkante meter.
Kokkels worden in het najaar opgevist. Ze worden van de bodem geschraapt met behulp van korven, waar een zuigleiding aan verbonden is. Zo worden de kokkels aan boord van de vaartuigen gezogen. Dan worden ze gespoeld en kan verdere bewerking plaatsvinden. Ze hebben een maximale lengte van ongeveer 5 centimeter. De in Nederland aangevoerde kokkels zijn ongeveer 3 tot 4 centimeter. De schelp is in doorsnede hartvormig en voorzien van afgeronde ribbels. De kokkel graaft zich met de sterke voet circa 2 tot 3 centimeter in zandige tot slikkige bodems in.
Combinatiemogelijkheden
als object bij een werkwoord
- kokkels vangen
Vissers die kokkels vangen voor de verkoop, gebruiken speciaal uitgeruste bootjes. Die hebben op hun boeg een stel maalschroeven waarmee ze hektaren Westerscheldestranden leegzuigen.
in voorzetselgroep
- vissen op kokkels
- visserij op kokkels
Er mag alleen op kokkels gevist worden als er meer kokkels zijn dan de vogels als voedsel nodig hebben. En alleen tussen eind augustus en eind november. De kokkelsvissers vissen dan volgens een speciaal visplan. In dat visplan staat hoe lang, met hoeveel schepen, en waar gevist mag worden. Bijna alle gevangen kokkels gaan naar het buitenland.
De visserij op kokkels (Cerastoderma edule) in de Waddenzee en Oosterschelde ontstond rond 1870. In de jaren '50 ontwikkelde zich de mechanische visserij. Hierbij worden kokkels van minimaal 15 mm met behulp van een of twee zuigkorren aan boord gezogen. Naast de mechanische visserij wordt er handmatig op kokkels gevist met behulp van de wonderklauw, een soort hark met een net eraan.
Woordfamilie
Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
kokkel 1.1
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een kokkel…
is voedsel
Algemene voorbeelden
Haal de kokkels (of mosselen) uit de schelp en was ze grondig. Verwarm een scheutje olijfolie in een koekenpan en voeg de kokkels (of mosselen) toe. Laat ze ongeveer tien minuten bakken en doe dan de peterselie, de melk en het gesnipperde Spaans pepertje erbij.
Tegenwoordig eten nog relatief weinig mensen kokkels, toch zijn ze heerlijk; een scherpe, zure smaak gecombineerd met de stevige, vlezige textuur van kreeft.