logé 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een logé…
is een persoon
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is doorgaans een bekende van degene die de slaapplaats aanbiedt
- [Activiteit of handeling] brengt bij een ander thuis de nacht door; blijft bij iemand slapen; logeert bij iemand
Algemene voorbeelden
Af en toe belde haar vader uit Leiden op. Of dat logeren wel kon, vroeg hij. 'O, kan wel, ze is niet lastig, hoor,' zei mijn moeder. Of hij niet een vergoeding mocht geven voor de kosten. 'Voor wat voor kosten, meneer?' Ja, want ze at toch mee, nietwaar? 'Verbeje, meneer, ze woont hier toch niet, ze is hier logé.'
Met vrienden gaan we uit eten, want net als veel leeftijdgenoten met jonge kinderen kunnen wij het niet meer opbrengen om een hele middag in de keuken te staan. Te moe, te druk, te weinig tijd voor elkaar als er ook nog moet worden gekookt. Logés dienen zich eenvoudigweg niet meer aan. Vrienden, familie en kennissen – ze slapen kennelijk altijd thuis of ze gaan ergens naartoe waar het stiller is en het leven minder vroeg begint.
Daar staat ze nu, het meisje met wie ik ga trouwen. In deze kamer in het huis van je ouders, die voor logés bestemd is en verlegen maakt.
'Je moeder jaagt ons op kosten,' zei Arthur toen ze terugreden. Bed en matras, met binnenvering, zouden de volgende dag bezorgd worden. 'Het is ook voor andere logés,' rechtvaardigde Agnes de rib uit hun lijf. 'Welke andere logés?' wilde Arthur weten. Ja, daar vraag je me wat. Ze kende eigenlijk niemand die ze hier graag te logeren wilde hebben.
Combinatiemogelijkheden
als object bij een werkwoord
- een logé hebben
- logés hebben
'Het is uw pa,' zei hij tegen Willem. 'Ze staan in panne. Moeder, we hebben een logé vanavond.' ''t Is te hopen dat ik gerief genoeg heb,' was haar antwoord.
Laatst hadden wij hier twee oudere Engelse dames te logeren. We hebben bijna nooit meer logés – althans geen volwassenen. Net zoals we bijna nooit meer eters hebben.
met bezittelijk voornaamwoord
- onze logé
'Voor wie is al dat eten?' 'Heeft je vader niet verteld dat er een vriend van hem komt logeren? En we krijgen vandaag zes gasten aan tafel [...]. Wil je ons even helpen? Je kunt best wat salade klaarmaken.' Tante legde uit wat ik moest doen [...]. Ik was nieuwsgierig naar onze logé. Ik vroeg of hij getrouwd was, of hij kinderen had, wat hij deed. Tante Mimay liet weinig los, behalve dat zijn vrouw kortgeleden was overleden.
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
logé 2.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een logé…
is een persoon
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] heeft ergens een tijdelijk verblijf; wordt ergens tijdelijk gehuisvest
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is doorgaans geen bekende van degene die de slaapplaats aanbiedt
- [Activiteit of handeling] betaalt doorgaans een vergoeding voor zijn verblijf
Algemene voorbeelden
Villa des Roses is de titel van Willem Elsschots intimistische roman over de logés van een pension in Brussel.
Logeerkring Groningen. Het ideaal: Net als voor ieder ander moet er ook voor mensen met een handicap een royale keuze zijn in logeermogelijkheden. Het doel is de logé een leuke tijd te bezorgen en de ouders of verzorgers even te ontlasten. Verbeteringen gerealiseerd in 2000: 'Logeren is leuk'. Onder dit motto zijn in 2000 de voorbereidingen gestart voor de oprichting van de Logeerkring Groningen voor mensen met een handicap. Het logeren in gastgezinnen is een initiatief van NOVO, De Zijlen en de SPD Groningen.
Je kunt er overdag gaan kijken, maar de bezoeker kan ook een nacht alleen in het kunstwerk zijn. Het arrangement (f 75) begint na de dagelijkse bezigheden. "Men kan er de avondmaaltijd gebruiken, om daarna naar eigen inzicht de avond en nacht door te brengen. Contact met de buitenwereld is onmogelijk. Beddegoed en literatuur zijn aanwezig," kondigt HTV de IJsberg aan. De logé ontvangt een certificaat van deelname.
Combinatiemogelijkheden
met adjectivisch tegenwoordig deelwoord
- betalende logés
De eerste jaren van de oorlog leeft hij van de hand in de tand, zijn inkomsten vergarend uit lezingen en particuliere lessen, maar ook dan hoor je hem niet klagen. Van Vriesland heeft er waarschijnlijk geen weet van hoe zijn (niet-joodse) vrouw erin slaagt het lek boven water te houden (uit inkomsten van verhalen die zij voor de kinderkrant van De Telegraaf schrijft en van betalende logés in hun huis in Bergen), maar hij heeft dan ook grotere overlevingsproblemen aan zijn hoofd dan zij.