luw 1.0
Algemene voorbeelden
Ik leef, dacht hij. Dat hij genoot van het vechten tegen de wind over het pad naar de garage had daarmee te maken. Even later stond hij te hijgen tegen de metalen kanteldeur [...]. Tegen de muur gedrukt liep hij langs de luwe kant om de garage heen.
Dit gebied wordt door de kam van het Eggegebergte verdeeld in een winderige westhelling en een luwe oosthelling. Op de aan de overheersende westenwind blootgestelde helling bleek meer dan 60% van de fijnsparren ziek of ernstig ziek te zijn, terwijl op de beschutte helling nog geen 5% in deze categorieën viel.
Woordfamilie
Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen
luw 2.0
Algemene voorbeelden
Het was begin december, maar een luwe nacht met in het zuiden, weerspiegelend, een bijna volle maan.
De nacht is stil en luw. Vanuit de verte klinken drie lange donkere fluiten van een schip dat uit de noord komt en om een loods vraagt.
Athene voor de dag begint is luw en zoel [...]. Ik lig op een veldbed op het dak van Pension Kokkinou samen met een stuk of vijftig andere reizigers.