mentholsigaret 1.0
sigaret waaraan menthol als smaakstof is toegevoegd
Algemene voorbeelden
Terwijl ze in ondergoed door de slaapkamer liep, de gordijnen half dichtschoof, kroop hij naar het nachtkastje, trok een mentholsigaret uit het pakje en hield die gereed.
Combinatiemogelijkheden
als object bij een werkwoord
- een mentholsigaret opsteken
- een mentholsigaret roken
Toen hij klaar was met het taartje, zijn tweede, stak hij een mentholsigaret op.
Ze drukt het ijszakje vaster op haar voorhoofd en steekt een mentholsigaret op, om beter te kunnen praten.
Evelyn rookte haar mentholsigaret en vroeg: 'Wat is er?'
in voorzetselgroep
- geur van metholsigaretten
- smaak van metholsigaretten
Onder het opengeklapte raampje van het toilet stond hij stil en rook de geur van poep en mentholsigaretten die zijn moeder daar altijd achterliet.