minstreel 1.0
(geschiedenis)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een minstreel…
is een persoon
- [Organisatie of instelling] maakt deel uit van het hof van een edelman of vorst of is in dienst van een stadsbestuur
- [Functie] heeft tot taak een edelman, vorst of stadsbestuur te vermaken met zang, muziek en dichtkunst
- [Rang of hiërarchische positie] is een dienaar van en ondergeschikt aan een edelman, vorst of stadsbestuur
- [Tijd] was actief in de middeleeuwen
- [Geslacht] is van het mannelijk geslacht
- [Activiteit of handeling] zingt, maakt muziek en dicht
- [Betrekking of relatie] is in dienst van een edelman, vorst of stadsbestuur
Algemene voorbeelden
Tussen 1405 en 1487 bevatten de stadsrekeningen regelmatig vermeldingen van uitgaven die daartoe werden gedaan, zo voor "dichters, sanghers ende andere ghesellen van consten [...]", elders voor de nar van Kortrijk, of de zot van Luik of vier minstrelen uit Brugge.
Hoewel de cabaretier afstamt van de nar en de minstreel, wordt dit jaar in Nederland precies het honderdjarig bestaan van het cabaret gevierd.
In zijn boek vindt Ibo de oervorm van het cabaret al heel wat eeuwen eerder - in de gelegenheidsliederen die door de Grieken werden aangeheven bij de extatische processies en de woeste bacchanalen ter ere van hun Dionysos-feesten. "De cabaretier, de conférencier en de chansonnier hebben hun bestaan via de bard, de nar, de troubadour, de vagant, de minstreel, de speelman en de straatzanger, aan de wijngod Dionysos te danken," schrijft hij.
Woordfamilie
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
minstreel 1.1
Betekenisbetrekking
Betrokken betekenissen | 1.0 : 1.1 |
---|
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een minstreel…
is een persoon
- [Geslacht] is van het mannelijk geslacht
- [Activiteit of handeling] dicht of schrijft
Algemene voorbeelden
Hofdijk was een van de schaarse romantici in de Nederlandse letterkunde [...]. Vanaf 1840 was hij werkzaam als stadhuisklerk te Alkmaar. In deze tijd verdiepte hij zich in de Middeleeuwse geschiedenis van Kennemerland. Via gedichten gaf hij zijn indrukken weer, maar deze poëzie bleef op een heel matig peil. Toch was hij er zelf bijzonder mee ingenomen. Hij begon zich, niet zonder pretentie, de minstreel van Kennemerland te noemen.
Als ik binnenkom in zijn studeerkamer aan de Leidschekade is hij net zijn ochtendoefeningen aan het doen [...]. Vandaag, zondag 29 juli 2007, is het precies 80 jaar geleden dat Harry Kurt Victor Mulisch de wereld schiep. De Minstreel van het Leidscheplein staat met zijn rug naar mij toe kniebuigingen te doen terwijl hij uit zijn raam naar het water staart.
minstreel 2.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een minstreel…
is een persoon
- [Geslacht] is van het mannelijk geslacht
- [Activiteit of handeling] zingt en reist van de ene plaats naar de andere
Algemene voorbeelden
Door de opkomst van het schrift is de relatie tussen dichtkunst en muziek in de loop der eeuwen veranderd, maar tegelijkertijd even nauw gebleven. Van de rondtrekkende minstrelen in de Middeleeuwen tot aan de dichterlijke exploraties van symbolisten als Mallarmé en Valéry [...], de gehele literatuurgeschiedenis van de poëzie is geïnspireerd door het wonderlijke en zinnelijke rijk van de muziek.
Chris Whitley noemt zijn manier van muziek maken 'duivelsuitdrijving'. De Newyorkse muzikant die jaren als een minstreel de wereld rondreisde, heeft zijn heil gezocht bij de blues van de Mississippi-delta - maar dan wel in de versie van Jimi Hendrix.
minstreel 3.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een minstreel…
is een persoon
- [Geslacht] is van het mannelijk geslacht
- [Activiteit of handeling] zingt
Algemene voorbeelden
Minstrelen heb je in Amerika in overvloed, en meestal zingen ze hetzelfde liedje, begeleid door uithalende elektrische gitaren en het monotone rock-gebonk dat ontleend moet zijn aan de versnelde hartslag van het uit onze streken afkomstige melkvee dat ook hier al met miljoenen ronddrentelt. Die minstrelen zingen over liefde, meestal onbeantwoord, en soortgelijk gezeur. Je hebt er ook die een boodschap overdragen, die zijn nog erger.
Cools is ook in zijn gitaarspel een ambachtsman zonder opsmuk. Een minstreel in blauwe trui, recht door zee en toch een nostalgische twijfelaar. Eigengereid, maar nooit ijdel, ook al speelt hij soms voor (Belgische) koningen.
Een prachtig, ontroerend lied over zijn vriendinnetje Sarah Levi die de oorlog heeft overleefd en vrouw aan het worden is. Het is tegelijkertijd een aanklacht tegen die lieden die minachten en onderdrukken alleen, omdat anderen anders zijn. Herman van Veen komt daar als veelzijdig minstreel tegen in opstand. Hij last er jiddische vioolmuziek omheen.