oeraluil 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een oeraluil…
is een uil; is een vogel; is een dier
- [Afmeting] is 50 tot 62 cm lang
- [Geluid] roept, oehoet, blaft; maakt een roepend, oehoeënd of blaffend geluid; heeft een lage zang die klinkt als woe woe-oe en een korte, blaffende roep die klinkt als wauw
- [Kleur] heeft een grijzig of zandkleurig bruin verenkleed met donkere strepen en witte vlekken; heeft een zandbruine, eenkleurige gezichtssluier;
- [Deel] heeft ronde vleugels met donkere banden die vooral tijdens de vlucht goed zichtbaar zijn en heeft een lange staart met donkere banden
- [Plaats] leeft in naaldbossen, loofbossen en gemengde bossen
- [Woongebied] komt vooral voor in het noorden van Europa en Azië
- [Leeftijd] kan 24 jaar oud worden
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is niet schuw
- [Gedrag] jaagt 's nachts en in de schemering en als er jongen zijn ook overdag in het bos en in open veld; speurt vanaf een hooggelegen plaats naar prooien; broedt meestal in verlaten roofvogelnesten
- [Gelijkenis] lijkt op de laplanduil en de bosuil
- [Onderscheid of tegenstelling] is kleiner dan de laplanduil en groter dan de bosuil en heeft een langere staart en een lichter verenkleed dan de bosuil
Wetenschappelijke naam: Strix uralensis
Rijk | Animalia; Dieren |
---|---|
Stam | Chordata; Chordadieren |
Klasse | Aves; Vogels |
Orde | Strigiformes; Uilen |
Familie | Strigidae; Uilen |
Geslacht | Strix |
Soort | Strix uralensis |
Algemene voorbeelden
Oeraluilen jagen 's nachts en in de schemering; zijn er echter jongen dan ook overdag. Zij jagen het liefst in het open veld en speuren naar een prooi vanaf een verhoogde uitkijkplaats. Oeraluilen zijn niet schuw en ze laten mensen naderen tot op slechts weinige meters afstand.
De oeraluil is wijdverspreid in het noorden van Europa en Azië. Het gebied waar de soort voorkomt strekt zich uit van Sachalin, Japan en Korea in het oosten tot Scandinavië in het westen.
Deze vogelreis gaat naar de twee beste vogelgebieden van Hongarije: de vermaarde poesta van Hortobágy en de Zémplen heuvels. Lokale gidsen staan garant voor een bezoek aan gebieden waar anderen niet mogen komen. Ze weten er tevens voor te zorgen dat we de volgende karakteristieke soorten zullen vinden: de grote trap, de keizerarend, de oeraluil, de witrugspecht.