pleziervaartuig


pleziervaartuig 1.0

boot die is ingericht en wordt gebruikt voor pleziertochten of andere recreatie op het water

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een pleziervaartuig…

is een boot; is een vaartuig; is een vervoermiddel

      Algemene voorbeelden


      In 1970 nam Sarah deel aan een wetenschappelijk zomerkamp zo'n honderdvijftig kilometer ten oosten van Vancouver, in de licht bergachtige omgeving van het Cultusmeer, een meer dat er tijdens het hoogseizoen met de muggen, de brandnetels en de dronkelappen op lawaaiige pleziervaartuigen inderdaad heel meerachtig uitzag.

      Alle families zijn psychotisch, Douglas Coupland,

      Trouwens, in dat deel van de wereld - waar zelfs eilanden te koop zijn - kijkt men nog amper op wanneer gigantische Russische pleziervaartuigen al of niet met bolle zeilen voorbijtrekken.

      De Standaard,

      In België betalen eigenaren van pleziervaartuigen minder dieselaccijns, net als openbaar vervoermaatschappijen.

      Het Parool,

      Woordfamilie


      Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen