regenjas 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een regenjas…
is een jas; is een overkledingstuk; is een kledingstuk
- [Kleur] heeft, als hij gemaakt is van plastic, diverse kleuren, maar is dan vaak blauw of groen, en, is als hij van een zachte stof gemaakt is, vaak beige of grijs
- [Materiaal] is vaak gemaakt van een vochtwerende kunststof, bijvoorbeeld plastic of rubber, of van zachte, min of meer waterdichte stof
- [Functie] beschermt tegen de regen; houdt de regen tegen
- [Gebruikswijze] wordt soms over een gewone jas heen gedragen, maar soms ook direct op de kleding
Combinatiemogelijkheden
als object bij een werkwoord
- een regenjas aandoen
- een regenjas aanhebben
- een regenjas aantrekken
- een regenjas dragen
- een regenjas uitdoen
Daarom doe ik ook altijd een regenjas aan als ik hier ga wandelen, dan heb je geen paraplu nodig.
Ze had een regenjas aan, niet dichtgeknoopt, daaronder een nachtjapon.
Hij geeft zijn vrouw een kus en trekt fluitend zijn regenjas aan.
Hij herkende me niet, hij herkende niemand. Hij droeg een regenjas. Mevrouw Schatz loodste hem meteen naar de badkamer.
Hij deed zijn regenjas en zijn rubberen laarzen uit, nam de boekentas van zijn rug en ging meteen naar zijn kamer, waar hij zijn kleurdoos te voorschijn haalde.
met adjectief ervoor
- een beige regenjas
- een blauwe regenjas
- een dunne regenjas
- een gele regenjas
- een grauwe regenjas
- een grijze regenjas
- een klamme regenjas
- een knalgele regenjas
- een lange regenjas
- een lichte regenjas
- een natte regenjas
- een nylon regenjas
- een oude regenjas
- een plastic regenjas
- een vale regenjas
- een witte regenjas
- een zwarte regenjas
- een te grote regenjas
Zijn kam verhuisde van zijn binnenzak naar de zak van zijn beige regenjas terwijl hij de straat uitliep.
Achter mij is een mevrouw in een blauwe regenjas en met een grijs kapsel komen staan.
Op een bank op het wandelterras bleef hij een tijdje doelloos staren, maar het was koud en de wind drong door zijn dunne regenjas.
Hij droeg zo'n glimmende gele regenjas en een oranje hoed en in zijn mond zat een sigaartje.
Zie je deze prachtige mensen dansen in een grauwe regenjas?
Als een lieve vogelverschrikker wervelt de fragile danseres eerst in haar grijze regenjas over de betegelde vloer.
Ze hing haar klamme regenjas aan de kapstok en ging, met haar handen in haar schoot, in de grote eiken schommelstoel zitten.
Hij droeg een oranje zuidwester en een knalgele regenjas, allebei nat van de zee.
Hij had een donkere baard en droeg een lange regenjas.
Kleedt u naar de weersomstandigheden. Koud weer: draag meerdere lagen kleding, zodat u wanneer u het warm krijgt, laag voor laag kunt uittrekken [...]. Regen: waterafstotend, winddichte en toch ventilerende kleding. Kies een lichte regenjas. Bij weinig wind eventueel een opvouwbare paraplu.
"Kom toch binnen," zegt ze, hem uit z'n natte regenjas helpend.
Er kwam een mannetje naar buiten [...]. Het huppelde precieus naar de microfoon, schoof zijn vaalbruine deukhoedje wat achterover, dook met een sierlijk gebaar in de zakken van zijn zwiepende nylon regenjas en zette in een vloeiende beweging een bril met gulden montuur op zijn neus.
Met zijn oude regenjas onder zijn arm gefrommeld, draaide hij zich bij de deur nog even om.
Onder de huid van zijn plastic regenjas voelde hij zich droog en plezierig terwijl om hem heen de lantarens langzaam verdronken in de regen.
Hij heeft vergeten zijn hoed af te nemen en zijn vale regenjas druipt van de Amsterdamse herfstregen.
Schuin voor hem, ter hoogte van een kleine naamloze bar, stond een man van rond de vijftig stil, met bijna wit haar en dunne, curieus geronde lippen, in een witte regenjas.
Zijn zwarte regenjas lag uitgespreid op een van de fauteuils; de regen die de comfortabele stof was binnengedrongen, werd door de warmte in de kamer weer naar buiten gedwongen.
Af en toe, ondanks de te grote regenjas en de pocketcamera, keken ze elkaar van grote afstand aan en glimlachten kort en haast onmerkbaar.
- een plastieken regenjas
Vooral zijn uiterlijke eenvoud maakte een diepe indruk op me. Zoals hij erbij liep, in die verfomfaaide plastieken regenjas en met die plompe, afgetrapte schoenen aan waarvan het leer begon te barsten, zag hij er eerder als een standwerker van de luizenmarkt uit dan als een gerenommeerd wijsgeer.
met adjectivisch tegenwoordig deelwoord
- een openhangende regenjas
- wapperende regenjassen
Gerrit Komrij die met een cape over de schouders door Amsterdam loopt, Adri van der Heijden die met stropdas en openhangende regenjas van kroeg tot kroeg zwalpt, het zijn beelden die onuitwisbaar in de Nederlandse literatuur gedrukt staan.
De televisiecamera's registreren de wapperende regenjassen, hockeysjaals en corduroybroeken van de onderhandelaars van ABN Amro en ING. Vandaag zijn bij Barings de streepjespakken terug.
met adjectivisch voltooid deelwoord
- een beduimelde regenjas
Het was het jaar dat Hans van Mierlo in een beduimelde regenjas in de zendtijd voor politieke partijen een nieuwe lente in Den Haag aankondigde.
met voorzetselgroep
Voorzetsel: aan
- een regenjas aan de kapstok
Toch pakt hij het oude pistool uit de zak van zijn regenjas aan de kapstok, het pistool dat hij vroeger in die goeie, ouwe tijd als een kameraad koesterde, en loopt dan naar de voordeur.
Voorzetsel: met
- een regenjas met (een) capuchon
Maar nu ging mijn vriendin mee en ik dacht: als het regent en je bent met zijn tweeën dan is een paraplu toch veel gezelliger dan zo'n regenjas met capuchon.
Voorzetsel: over
- (met) een regenjas over de arm
Want niets is zieliger dan met een regenjas over je arm op een houseparty rondlopen.
in voorzetselgroep
- een man in een regenjas
Alleen een man in een regenjas liep rondjes alsof het zomer was en hij van de zon wilde genieten.
- de kraag van een regenjas
- de ceintuur van een regenjas
Er sijpelde een koud regendruppeltje langs mijn nek. Ik trok de kraag van mijn regenjas hoger.
De Cock deed langzaam zijn hoedje af en knoopte de ceintuur van zijn regenjas los.
met ander, nevengeschikt substantief
- regenjas of deukhoed
- regenjassen en paraplu's
Geen man met regenjas of deukhoed, maar een modieuze vrouw met uitstraling.
"Tegen de kou," zei ik, "kan je je kleden, maar als het regent word je nat." "Er bestaan paraplu's," beet ze me toe. "Ja, dat is zo..." zei ik. "Dat is zo... Die bestaan ja, paraplu's... Nu je het zegt..." "Regenjassen en paraplu's..."
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
regenjas 2.0
(informeel)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een regenjas…
is een voorbehoedsmiddel; is een voorwerp
Algemene voorbeelden
Doe het met verstand, help de olifant. Bedek je jongeheer en red de kraagbeer. Gebruik een regenjas, voor het welzijn van de das.
Onze volkstaal laat zich evenmin onbetuigd. Bekend zijn ongetwijfeld de regenjas, overjas, jassie zonder mouwen of gewoon jas (in prostitutieslang betekent een jas uitgedaan hebben 'zwanger worden') .
Ben zelf net 24 en mijn vriend net 25. We hebben een zoontje van nu 7 maanden oud [...]. Wij hebben tegenwoordig onze eigen zin "we willen nog even geen 2de Coen, dus pak jij het jasje even?". Verder zou ik gewoon een condoom erbij pakken. Of een leuke opmerking maken. Voorbeelden: "Doe je even een regenjas aan? het is er nogal vochtig!".