smient 1.0
Bron:
Maga-chan
(
CC licensed
)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een smient…
is een eend; is een vogel; is een dier
- [Afmeting] is 75 tot 86 cm lang
- [Geluid] fluit; maakt als mannetje een fluitend geluid
- [Kleur] heeft als mannetje een kastanjebruine kop met een geel voorhoofd, een grijze rug en flanken, een roze borst en een witte buik en is als vrouwtje grotendeels rossig bruin met een witte buik
- [Plaats] leeft in het broedseizoen in ondiep, open zoet water in laagland, open bos of beboste toendra, en 's winters veelal op zee, langs kusten en riviermondingen, op meren en ondergelopen grasland in het binnenland
- [Woongebied] broedt in Scandinavië en overwintert bij ons of trekt nog verder zuidwaarts
- [Gedrag] graast op grasland in troepen, grondelt of pikt voedsel van het wateroppervlak
Wetenschappelijke naam: Mareca penelope
| Rijk | Animalia; Dieren |
|---|---|
| Stam | Chordata; Chordadieren |
| Klasse | Aves; Vogels |
| Orde | Anseriformes; Eendvogels |
| Familie | Anatidae; Eendachtigen |
| Geslacht | Mareca |
| Soort | Mareca penelope |
Algemene voorbeelden
Waterwild: wilde eenden, krakeenden, slobeenden, kuifeenden, tafeleenden, pijlstaarten, wintertalingen, smienten, grauwe ganzen, rietganzen [...], goudplevieren.
Normaal mag er geschoten worden op wilde eend, meerkoet, smient en wintertaling van 15 oktober tot 31 januari. Door het koude weer stelde de minister een tijdelijk jachtverbod in.
Combinatiemogelijkheden
met substantief ervoor
- een groep smienten
- een vlucht smienten
- een zwerm smienten
Als ik vogels tel moet ik tienen maken! Als dan een zwerm smienten opstijgt van het meer, duizenden van die zilverwitte visjes in de lucht, tel ik doodleuk tien smienten, niet meer, en dan tel ik hoeveel van die blokken van tien smienten er zijn en dan blokken van honderd.
Het is druk in het Ilperveld. Aalscholvers vliegen af en aan, een groep smienten snelt voorbij. "Daar bij de kerktoren gaat een blauwe kiekendief", wijst Johan Stuart van Landschap Noord-Holland.
10.04 uur. Fietsen. Via de weilanden en de waddendijk naar Nes. Buitelende kieviten, hysterische grutto's, een vlucht smienten, twee nijlganzen in een lange, rechte, grauwe sloot.