uniformbroek 1.0
broek die onderdeel is van een uniform
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een uniformbroek…
is een broek; is een kledingstuk; is een voorwerp
- [Kleur] is vaak blauw of groen
- [Uiterlijk] is aan de buitenkant van de pijpen soms versierd met een verticale bies
- [Geheel] is onderdeel van een uniform
- [Gebruiker] wordt gedragen door personen van een bepaald beroep zoals politiefunctionarissen, militairen e.d.
Algemene voorbeelden
Een van de soldaten heeft geen tijd gehad zich aan te kleden, draagt alleen een borstrok en een uniformbroek, bretels hangen slordig omlaag, en hij is blootsvoets.
Ondanks de hitte droeg hij een legertrui met vlekken. Zijn uniformbroek was tot op de draad versleten. Aan zijn voeten had hij geruite pantoffels. Eén en ander bevestigde mijn vermoeden dat hij, behalve één of twee uniformen, geen behoorlijke kleren bezat.