voorpret 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Voorpret…
is pret; is een gevoel
- [Tijd] gaat vooraf aan een aanstaande gebeurtenis of een aanstaand evenement
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is vaak heimelijk, maar kan ook uitbundig zijn
- [Voorbeeld of specimen] is bv. het plezier dat iemand van tevoren heeft in een vakantie, een uitje, een groot sportevenement, een feest, een etentje, seks, een geboorte, een bezoek van of aan iemand, een concert, een filmvertoning of een televisie-uitzending
Algemene voorbeelden
Voorpret, dat is zoiets als een kind dat de nacht voor het schoolreisje waarop een speeltuin zal worden bezocht van blije spanning geen oog dicht doet (nou ja - vroeger dan, nu zou de bestemming minstens Eurodisney moeten zijn).
Slecht slapen de nacht voor vertrek zal ik zeker doen. Zelf zou ik het geen voorpret noemen. Maar reiszenuwen van een ziekelijke hypochonder - dat klinkt niet leuk.
De begintitels dartelden veelbelovend op muziek van Van Morrison, voorpret werd mijn deel, maar al snel raakte ik in toenemende mate teleurgesteld. Het geheel beantwoordde wel aan de vorm die een sitcom volgens het boekje vereist, maar aldoor zaten de hoofdrolspelers om spitse dialogen en goeie grappen verlegen.
Combinatiemogelijkheden
als subject bij een werkwoord
- uitgaan naar
De meeste voorpret ging wat mij betreft uit naar de te verwachten botsing tussen het meer-dan-levensgrote dat een volledig aangeklede en belichte opera onherroepelijk heeft en het nieuwgierige, knutsel-achtige van het stuk, als een natuurlijke mix van geluid, compositie, improvisatie.
als object bij een werkwoord
- iemand voorpret geven
Uitgaande van de hooggespannen verwachtingen en de voorpret die Linzy haar had gegeven, viel het uiteindelijke resultaat tegen.
- voorpret hebben
- voorpret gehad hebben
Maandag reis ik af. Je verheugt je zeker wel op je vakantie, zegt de dame van de thuiszorg. 'Heb je al voorpret', wil een vriendin weten.
Heb ik eigenlijk voorpret? Ik graaf in mijn ziel en vind dit: ik ben bang dat ik te laat op Schiphol kom. Ik ben bang dat het koffertje dat moet doorgaan voor handbagage niet als zodanig wordt geaccepteerd en ik het toch moet afgeven.
Naar de hapjes kijkt iedereen halsreikend uit, omdat die steevast geheel in de stijl van het thema gekozen worden. Net als de decoratie. MarJo en Suzette benen naar de slaapkamer om met een kartonnen boot terug te komen. De Titanic, als symbool voor 'die tijd', zal vanavond de sfeer verhogen. In elk geval bij de organisatie, want de dames hebben al de nodige voorpret gehad bij het fabriceren ervan.
- voorpret opleveren
Een muggebeet moet je laten rijpen. Het wachten levert voorpret op, want het krabben van een rijpe beet die écht jeukt is het aller-allerlekkerste.
met adjectief ervoor
- de meeste voorpret
De meeste voorpret ging wat mij betreft uit naar de te verwachten botsing tussen het meer-dan-levensgrote dat een volledig aangeklede en belichte opera onherroepelijk heeft en het nieuwgierige, knutsel-achtige van het stuk, als een natuurlijke mix van geluid, compositie, improvisatie.
- de nodige voorpret
Naar de hapjes kijkt iedereen halsreikend uit, omdat die steevast geheel in de stijl van het thema gekozen worden. Net als de decoratie. MarJo en Suzette benen naar de slaapkamer om met een kartonnen boot terug te komen. De Titanic, als symbool voor 'die tijd', zal vanavond de sfeer verhogen. In elk geval bij de organisatie, want de dames hebben al de nodige voorpret gehad bij het fabriceren ervan.
- pure voorpret
Juichend van pure voorpret en opwinding sprong ik weer op mijn fiets en spurtte de hoek om richting jongensschool.
- stille voorpret
Onder geagiteerde maar stille voorpret werd een slachtoffer uitgekozen en vijf of zes Rijnpotelingen pakte een meer timide stadsjongen beet en begonnen hem op de stoep de broek af te stropen.
- vol voorpret
Een lastminute lijkt me ook wel eens tof hoor, weer eens wat anders. Maar de lange tijd vol voorpret is ook echt heerlijk!
met adjectivisch tegenwoordig deelwoord
- blijvende voorpret
Rustig heb ik dat alles nog eens overdacht, zonder een zwak punt te vinden in de redenering, die ik gisteravond opgebouwd heb, terwijl Nicole zich verschool achter dat vies stationsromannetje. Die sterkte, plus de blijvende voorpret omtrent het bezoek, dat haar straks op de nek zal vallen - Hoe zou ik niet geslapen hebben als een roos?
met voorzetselgroep
Voorzetsel: overig
- voorpret omtrent het bezoek
Rustig heb ik dat alles nog eens overdacht, zonder een zwak punt te vinden in de redenering, die ik gisteravond opgebouwd heb, terwijl Nicole zich verschool achter dat vies stationsromannetje. Die sterkte, plus de blijvende voorpret omtrent het bezoek, dat haar straks op de nek zal vallen - Hoe zou ik niet geslapen hebben als een roos?
Voorzetsel: van
- de voorpret van iets
Op vakantie gaan is één van de leukste dingen die er is. En naast het op vakantie gaan zelf, is er natuurlijk de voorpret van naar het reisbureau of naar de vakantiebeurs gaan, stapels brochures doorkijken.
in voorzetselgroep
- met (enige) voorpret
Op een bepaald moment vertelde Wim Vandekeybus met enige voorpret een mop: 'Ken je die van die twee doven die gaan vissen? Vraagt de ene: "Hé, ga je vissen?" – "Nee, ik ga vissen," antwoordt de andere, waarop de eerste zegt: "Ach, ik dacht dat je ging vissen."'
- onder voorpret
Onder geagiteerde maar stille voorpret werd een slachtoffer uitgekozen en vijf of zes Rijnpotelingen pakte een meer timide stadsjongen beet en begonnen hem op de stoep de broek af te stropen.
- uit voorpret
Hun schoen zetten de leerlingen van 't Ritjen en de Engelbewaardersschool nog steeds, hoewel ze niet in sinterklaas geloven. Deels uit voorpret, maar vooral uit eigenbelang.
- glimmend van voorpret
- juichend van voorpret
- slapeloos van de voorpret
- stralend van voorpret
Glimmend van voorpret en glunderend voor wat komen gaat stapt menig a.s. ouderpaar over de drempel van het echoburo, om alvast een glimp op te vangen van de toekomst.
Juichend van pure voorpret en opwinding sprong ik weer op mijn fiets en spurtte de hoek om richting jongensschool.
Slapeloos van de voorpret had hij liggen bedenken wat hij er allemaal over zeggen zou om het de mensen tegen te maken.
Hij had dit keer veel tijd, een halve dag, voor een bezoek aan de kapper uitgetrokken, stralend van voorpret.
- genieten van de voorpret
- gniffelen van de voorpret
- griezelen van de voorpret
- grommen van de voorpret
- het niet houden van de voorpret
- in zijn handen wrijven van voorpret
Ik vind het ook prettig om al van te voren te boeken, dan heb je tenminste iets om naar uit te kijken. Voor Zuid-Afrika boekten we ook al 7 maanden van tevoren de tickets. Al vind ik het af en toe wel lang duren voordat het zo ver is, over een kleine 2 maanden gaan we al. Geniet van de voorpret!
'Vertel je straks nog van Boele Mie?' zeurde Katelijne met haar verleidelijkste kinderstem. 'Voor jij gaat slapen, vertel ik jou een walgelijk verhaal van Boele Mie, ééntje waar je de hele nacht van wakker ligt,' beloofde Sam. 'Zoiets smerigs heb je in je hele leven nog nooit gehoord.' Katelijne griezelde van de voorpret en Lucie slikte haar pedagogisch verantwoorde opmerking in.
Hij vroeg het bijna gnuivend, op de toon van een pas uitgetreden kapelaan die op het punt staat de wereld van het geslachtsverkeer te ontdekken en zich bijna niet kan houden van de voorpret.
Haar vader beloofde haar nog een salade met kip. Ze gromde van de voorpret.
Halverwege de terugweg zag ik Lydia in looppas op me afkomen. Ik gniffelde – van de voorpret. Ik hield haar staande en zei met lichte spot: 'Ik weet waar jij naartoe gaat.'
'Wil je me misschien de inhoud vertellen?' vroeg Peter terwijl hij zich in zijn handen wreef van voorpret, 'wat jij allemaal verzint, ik vind het altijd zo raar, maar je weet het goed op te schrijven.'
met substantief ervoor
- een hoeveelheid voorpret
Na een flinke hoeveelheid voorpret konden we op donderdag 23 oktober, de dag van de borrel op de kroeg, eindelijk aan de slag. Om het vijfenveertigste Bacchanaal kracht bij te zetten mochten wij bij de groenvoorziening Groningen het een en ander aan bomen takken en struiken lenen zodat wij in combinatie met een c.d. met bosgeluiden een mooie natuurlijke omgeving konden creëren.
met telwoord ervoor
- veel voorpret
Recent hebben ze een onderzoek gevoerd naar wat goede seks voor mensen inhoudt, en of er enige nawerking is. Bij de respondenten die geregeld nawerking ondervinden (de helft), valt op dat ze gemiddeld minder vaak, maar twee keer zo lang vrijen. Bovendien is er sprake van veel voor- en napret, geen vast vrijpatroon, veel variatie, open communicatie en veel lol.
met bezittelijk voornaamwoord
- mijn voorpret
Volgens mijn voorpret ga ik een snelle, geheimzinnige en brutale muziekavond beleven. Het wachten is op het einde van mijn voorpret, de 17de juni in de Stadsschouwburg.
met ander, nevengeschikt substantief
- voorpret en napret
Recent hebben ze een onderzoek gevoerd naar wat goede seks voor mensen inhoudt, en of er enige nawerking is. Bij de respondenten die geregeld nawerking ondervinden (de helft), valt op dat ze gemiddeld minder vaak, maar twee keer zo lang vrijen. Bovendien is er sprake van veel voor- en napret, geen vast vrijpatroon, veel variatie, open communicatie en veel lol.
- voorpret en opwinding
Juichend van pure voorpret en opwinding sprong ik weer op mijn fiets en spurtte de hoek om richting jongensschool.
- de verwachtingen en de voorpret
Uitgaande van de hooggespannen verwachtingen en de voorpret die Linzy haar had gegeven, viel het uiteindelijke resultaat tegen.