w.v.t.t.k. 1.0
((vooral) geschreven taal)
Algemene voorbeelden
Elke vergadering waarin het punt w.v.t.t.k. op de agenda voorkomt is een voorbeeld van hoe het beter kan. W.v.t.t.k. staat vaak met de beste bedoelingen op die agenda, bijvoorbeeld om in te kunnen gaan op actuele zaken of plotseling veranderende situaties. Maar in de praktijk biedt het vaak alleen maar een gelegenheid voor mensen om hun stokpaardjes van stal te halen of terug te komen op eerdere besluitvorming.
Op veel agenda's is het agendapunt Wvttk (Wat verder ter tafel komt) te vinden. Dit agendapunt biedt de deelnemers de ruimte om nieuwe gespreksonderwerpen aan de orde te brengen. Het agendapunt Wvttk dient vaak als een vangnet: ook onderwerpen die bij het opstellen van de agenda nog niet bekend waren, kunnen nu tóch worden besproken.
In plaats van het punt w.v.t.t.k. op de agenda te zetten kan de voorzitter beter investeren in een betere voorbereiding, zorgvuldige besluitvormingsprocedures en het stimuleren van een actieve inbreng van de deelnemers.
Een van de laatste onderwerpen van een vergadering vind ik toch altijd het leukste item: wvttk (wat verder ter tafel komt).
Als het aan Van Vree ligt, verdwijnt w.v.t.t.k. (wat verder ter tafel komt). Het is een te vaag agendapunt dat de deelnemers in de gelegenheid stelt allerlei onvoorbereide zaken te berde te brengen die een aanslag op de tijd doen. Van Vree vertaalt het roemruchte punt dan ook met "wat veel te veel tijd kost".
W.v.t.t.k. is de gebruikelijke afkorting van "wat verder ter tafel komt". Dat is een vast agendapunt net voor de rondvraag waarin kan worden gesproken over onderwerpen die na het versturen van de agenda zijn binnengekomen of waarin de uitgestelde discussie naar aanleiding van de mededelingen kan worden gevoerd. Vaak is het een "leeg" agendapunt. De notulist vermeldt dan onder w.v.t.t.k. "nihil".
Wie materiaal zoekt om het discussiëren, het vergaderen en het houden van monologen of presentaties te oefenen, zal door Dixi! niet teleurgesteld worden [...]. De opdrachten die daarbij gegeven worden zijn interessant, prikkelend en gevarieerd en hebben te maken met allerlei sectoren van de samenleving. De Nederlandse, moet ik daaraan toevoegen, maar dat staat extramuraal gebruik van dit boek beslist niet in de weg. Daarvoor zijn de uitgangssituaties en opdrachten enerzijds te universeel en kunnen ze anderzijds nu eenmaal niet losgemaakt worden van de Nederlandse praatcultuur. Wij ronden af, wij hebben het mysterieuze w.v.t.t.k. en wij zeggen gewoon heel vaak 'gewoon'.