warme wijn 1.0
wijn waaraan suiker of zoetmiddelen, kruiden zoals kruidnagels en kaneel, sinaasappel
en citroen zijn toegevoegd en die men opgewarmd drinkt
In onze streken vooral gedronken als winterdrank.
Algemene voorbeelden
Een kroeg bestond meestal uit twee ruimten. De ene gaf uit op de straat en was voorzien van een gemetselde toonbank, waarin plaats was voor wijnvaten en waarop houtskoolvuurtjes konden staan voor de eventuele warme prak of voor het verwarmen van wijn: de Romeinen hielden van warme wijn met honing en kruiden. De andere ruimte van de kroeg was, indien ze niet diende als woonruimte voor de herbergier (caupo), bestemd als ruimte om te zitten.
De speelpleinen van deze peuterscholen worden omgetoverd in markten met de geur van kerstbomen, warme chocolademelk, warme wijn en vers gebakken oliebollen.