wouw 1.0
middelgrote dagroofvogel met een gevorkte staart en een zwartbruin of een roodachtig
verenkleed, die in onze streken vooral als trekvogel voorkomt
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een wouw…
is een vogel; is een dier
- [Afmeting] wordt tot circa 65 cm lang
- [Geluid] piept, gilt, kekkert; maakt een piepend, gillend of kekkerend geluid
- [Kleur] heeft een kastanjebruine tot zwartbruine kleur in het geval van de zwarte wouw en een meer roodachtige kleur in het geval van de rode wouw
- [Bouw] is gewerveld; heeft twee poten
- [Deel] heeft een diep gevorkte staart in het geval van de rode wouw en een ondiep gevorkte staart in het geval van de zwarte wouw
- [Voortplanting] legt eieren
- [Woongebied] komt als broedvogel vooral voor in Midden-Europa, Zuid-Europa en delen van Afrika, terwijl de zwarte wouw ook veel wordt aangetroffen in Australië en in India
- [Leeftijd] kan 25 jaar oud worden
- [Gedrag] is een vleeseter
Rijk | Animalia; Dieren |
---|---|
Stam | Chordata; Chordadieren |
Klasse | Aves; Vogels |
Orde | Accipitriformes |
Familie | Accipitridae; Havikachtigen |
Geslacht | Milvus |
Algemene voorbeelden
Aan de viskwekerij op Krabbels leefde bovendien het laatste paar visarenden van de Kempen; en ook buizerds, wouwen, kiekendieven, sperwers en torenvalken, die door de aldoor verder oprukkende industrialisatie ontheemd waren, hadden er hun toevlucht gezocht.