zeevogel 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een zeevogel…
is een vogel; is een dier
- [Deel] heeft, door aanpassing aan het leven aan zee, meestal een gestroomlijnd lichaam en zwemvliezen tussen de tenen
- [Plaats] leeft aan of langs de kust of in de zee en heeft zich ook aangepast aan een leven in dat gebied
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] leeft in verhouding met andere vogels meestal lang en trekt vaak
- [Gedrag] heeft een intensieve broedzorg; heeft meestal vrij weinig jongen en nestelt veelal in kolonies
- [Onderscheid of tegenstelling] broedt, in vergelijking met andere vogels, meestal vrij laat
- [Verscheidenheid] is bijvoorbeeld de meeuw, de jan-van-gent, de albatros, de aalscholver, de stern, de alk en de pinguïn
- [Betrekking of relatie] is van toepassing op diverse soorten vogels, bv. de pinguïns en buissnaveligen, de roeipotigen behalve de slangenhalsvogels en sommige steltloperachtigen
Algemene voorbeelden
Plastic, vislijnen en stukken visnet zijn niet alleen een slordig gezicht op het strand, maar ook gevaarlijk voor zeevogels, die erin verstrikt kunnen raken.
Voor de gemiddelde vogelkijker in de jaren zestig en het begin van de jaren zeventig waren zeevogels dieren op enkele zwart-wit platen in de Peterson's vogelgids [...] die je normaal gesproken nooit zag.
Het leefgebied van de alken is het noordelijke Atlantische gebied. Hier leven ze op en boven het water. Alleen om te broeden komen ze aan land. Het zijn dus echte zeevogels.
De gebieden zijn ook belangrijk voor de visstand en de voedselvoorziening van zeedieren en zeevogels, zoals de jan van gent en de zeekoet.