asomobilist 1.0
(recht en misdaad; neologisme)
automobilist die asociaal rijdt of op een andere manier asociaal gedrag vertoont,
bv. door te bellen achter het stuur of andere automobilisten af te snijden
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een asomobilist…
is een automobilist; is een persoon
- [Activiteit of handeling] rijdt asociaal, bv. veel te hard of door te bumperkleven, of vertoont ander asociaal gedrag in het verkeer, bv. door te bellen achter het stuur of de auto te parkeren op plaatsen waar dit niet mag
Algemene voorbeelden
Groep verstoort aanhouding asomobilist. Een grote groep mensen heeft zich dinsdag op de Delftselaan in Den Haag bemoeid met de aanhouding van een 23-jarige Hagenaar. Een agent hield de man aan omdat hij bellend achter het stuur van zijn auto zat.
De asomobilist is schaamteloos. Een Vinexvader vertelde: "Ik had mijn fiets op de stoep voor de school gezet, toen er iemand in een BMW aankwam en uitstapte. Deze persoon tilde mijn fiets op en zette deze weg. Ik zei: wat doe jij nou? De asomobilist zei: "Ik wil mijn auto hier parkeren.""
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Etymologie
Aard herkomst | inheems woord |
---|---|
Vroegste datering | 2005 |
Periode opkomst | 2005 |