bakfiets 1.0
(transport, verkeer en reizen)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een bakfiets…
is een fiets; is een voertuig; is een voorwerp
- [Constructie] heeft een transportbak die, als er sprake is van drie wielen, tussen de twee voorwielen is gepositioneerd; heeft een transportbak die, als er sprake is van twee wielen, tussen het zadel en het voorwiel is gepositioneerd
- [Deel] bestaat uit een lange fiets met twee of drie wielen en voorop een grote, diepe, rechthoekige transportbak; beschikt soms over een klep om de bak mee af te sluiten
- [Materiaal] heeft een fietsframe van staal en doorgaans een houten bak, maar in moderne uitvoeringen soms een kunststof of aluminium bak
- [Doel of bestemming] dient specifiek voor het vervoer van goederen, maar kan ook gebruikt worden voor het vervoer van bv. kinderen
- [Functie] kan voor bedrijven dienen als bestelwagentje, bv. om post of melk mee te bezorgen
- [Gebruiker] wordt gebruikt door particulieren en door bedrijven
- [Onderscheid of tegenstelling] is milieuvriendelijker dan een auto; is langer dan een gewone fiets
Algemene voorbeelden
De politie liet onze inboedel in de hallen van de gemeente opslaan. De twee mannen van de gemeentereiniging die met een bakfiets voorreden, spogen op de grond. en gromden geruststellend tegen Matka: 'Elke huisbaas is een schooier, elke huiseigenaar een huisjesmelker, rotzakken zijn het.'
Op die foto zie je een bakfiets vol met grafkruisen, waarop ook de naam van deze in maart 1945 gestorven soldaat staat te lezen.
Combinatiemogelijkheden
als subject bij een werkwoord
- gaan
- omkieperen
- over de kop slaan
- rijden
- slingeren
Door die helling ging de bakfiets steeds sneller.
De jongen komt naar beneden en begint de trap op te tillen om hem op de bakfiets te zetten. Hij ziet niet dat hij dat nooit kan, ziet niet dat, mocht het hem ooit lukken, de bakfiets direct zal omkieperen, maar hij zet wel ontzettend veel kracht.
Waarom sloeg de bakfiets over de kop. Te zwaar beladen? De helling? Het kiezeltje?
Geregeld rijdt een bakfiets met attributen door de stad en worden op pleinen en in parken instuifwedstrijden georganiseerd.
De bakfiets slingerde aanvankelijk naar rechts, maar hij sloeg naar links over de kop.
als object bij een werkwoord
- een bakfiets besturen
- een bakfiets ombouwen
- een bakfiets volladen
Tot slot zijn het ook nog jongelui die de bakfiets besturen en op ontspannen en deskundige manier informatie over veilig vrijen verspreiden.
Ondanks de hitte waren zo'n honderd nieuwsgierigen [...] naar de Gasgracht gekomen om kennis te nemen van de teksten, affiches en rijdende curiosa zoals een westerse riksja, een fiets met aanhangwagen en een bakfiets omgebouwd voor melktransport, voorloper van de mobiele kruidenier van vandaag.
Hij laadde een bakfiets vol, zei niemand meer gedag en verdween via een achterstraatje.
met adjectief ervoor
- de, een belachelijke bakfiets
- de, een charmante bakfiets
- de, een hoogopgeladen bakfiets
- de, een klassieke bakfiets
- de, een originele bakfiets
- de, een oude bakfiets
Op een dag slaap je in een vreemde stad onder een plataan, de regen gutst op je neer, enkel een belachelijke bakfiets met een zeil erboven beschermt je eenzaamheid, en een vroege vogel die naar zijn werk gaat staart je onbeschaamd aan.
En ondanks de geëxplodeerde mobiliteit maakt de thuislevering - neen, niet meer met de charmante bakfiets of hondenkar - nog altijd 7% van de broodverdeling uit.
Op een avond, toen het plantsoen in een dichte mist werd gehuld, kwamen de Kowalski's voorrijden, doemde plotseling een hoogopgeladen bakfiets op, bestuurd door meneer Kowalski.
De klassieke bakfiets was een fiets met een achterwiel en een grote bak voorop, die werd gedragen door twee voorwielen. Achteraan de bak zat een stang, waarmee je kon sturen. Omdat de bakfiets met maar één as werd bestuurd, die zich in het midden onder de bak bevond, was het besturen van een bakfiets nog een hele kunst.
Vorige week op Gastvrij Rotterdam kwam ik langs een frietkraampje waar biologische friet in een puntzak werd uitgedeeld. De patat werd gebakken in een originele bakfiets. Dat is pas een 'bak'fiets.
Een oude bakfiets van Bakkerij Wuite uit Giethoorn roept herinneringen op bij mensen.
met adjectivisch voltooid deelwoord
- een beschilderde bakfiets
- een gejatte bakfiets
- een geleende bakfiets
- een geschilderde bakfiets
- een gestalde bakfiets
- een uitgebouwde bakfiets
- een verroeste bakfiets
- een versierde bakfiets
De leuk beschilderde bakfiets en de fantasievolle verpakkingen van de condooms doen elke associatie met het condoom als "medisch" product verdwijnen.
Ach, had ik geweten hoe vreemd dit alles me nog zou worden, ik was voor altijd doodstil op het doorregen zadel van de gejatte bakfiets waarmee we indertijd onze schamele inboedels van pakhuis naar pakhuis overbrachten, blijven zitten.
Het moet ergens in 1960 geweest zijn, in Amsterdam, dat ik een keer een geleende bakfiets bestuurde. In de bak zaten een paar vrienden.
De directie van de PTT zag er brood in en bestelde bij een fabrikant een in PTT Post-kleuren geschilderde bakfiets.
Tegen de muur een achteloos gestalde bakfiets met houten bierkratten.
IPAC ging zijn licht opsteken bij collega-organisaties en botste zo op de Deense "Rijdende Condomerie"; een uitgebouwde bakfiets die het land afschuimt en condooms verkoopt.
Dana en Merel stapten over een verroeste bakfiets en liepen naar een van de tafels, naast wat een fiets- en brommerkerkhof bleek.
Aan kop van een flinke stoet belangstellenden rijdt wethouder J. Oldebesten met een versierde bakfiets de laatste stapel boeken en videobanden van het oude naar het nieuwe bibliotheekgebouw.
in voorzetselgroep
- in de, een bakfiets
- met de, een bakfiets
- op de, een bakfiets
- per bakfiets
De dode man die in een bakfiets wordt weggereden.
Hij wilde met een bakfiets gaan venten in buurten waar veel landgenoten wonen.
Ze zullen pas na het eten beginnen met het uitpakken van het huisraad. Dat ligt afgedekt met zeil op de bakfiets buiten.
Madame Tussaud hoeft alleen maar haar stoel te lenen. Hij is op de bakfiets meeverhuisd van de Anemoonstraat naar de Appelstraat, op 8 december 1942.
En ondanks de geëxplodeerde mobiliteit maakt de thuislevering - neen, niet meer met de charmante bakfiets of hondenkar - nog altijd 7% van de broodverdeling uit.
De Nederlandse posterijen zijn bezig met postbezorging per bakfiets.
met substantief ervoor
- een soort bakfiets
Toen zag ik verderop, onder een plataan, in de lichtkegel van een straatlamp, een soort bakfiets met een huif erboven.
Vaste verbindingen
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Als deel van een samenstellende samenstelling
bakfiets 2.0
(transport, verkeer en reizen)
Betekenisbetrekking
Betrokken betekenissen | 1.0 : 2.0 |
---|
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een bakfiets…
is een fiets; is een voertuig; is een voorwerp
- [Constructie] heeft een bak die, als er sprake is van een drie wielen, tussen de twee voorwielen is gepositioneerd; heeft een bak die, als er sprake is van twee wielen, tussen het zadel en het voorwiel is gepositioneerd
- [Deel] bestaat uit een lange fiets met twee of drie wielen en voorop een grote, kuipvormige bak die van voren vaak iets smaller is dan van achteren; heeft een grote bak met één zitbankje of met twee zitbankjes tegenover elkaar; hoort per zitplek voorzien te zijn van een driepuntsgordel; heeft, als er sprake is van twee wielen, een grote, stevige standaard
- [Materiaal] heeft een bak van hout, aluminium of kunststof
- [Doel of bestemming] dient specifiek voor het vervoer van kinderen, maar kan ook gebruikt worden voor het vervoer van dieren of spullen
- [Gebruiker] wordt gebruikt door particulieren
- [Waardering] wordt door sommigen gezien als statussymbool
- [Onderscheid of tegenstelling] is milieuvriendelijker dan een auto; is in een drukke stad handiger dan een auto; is langer dan een gewone fiets
Algemene voorbeelden
Ik persoonlijk heb een donkerbruin vermoeden dat de bakfiets voor de dertiger van nu een heus statussymbool is. Ik bakfiets dus ik ben.
3500 rijden er al van rond. Stints, de kruising tussen een segway en een bakfiets die zo populair is bij kinderdagverblijven.
Van de bakfiets moet ik niets hebben. Het is de GroenLinks-Hummer van de Amsterdamse binnenstad, die iedereen in de weg staat.
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- een driewielige bakfiets
- een robuuste bakfiets
- een sportieve bakfiets
- een stabiele bakfiets
- een wendbare bakfiets
Wie met een bakfiets in een officiële 'schoolstraat' fietst, riskeert volgens de letter van de wet een boete. 'In de nieuwe regelgeving rond schoolstraten is men vergeten om ook bakfietsen toe te laten', ontdekte de Fietsersbond. 'In het KB krijgen enkel voetgangers en fietsers toegang tot zo'n schoolstraat, terwijl driewielige bakfietsen officieel tot de rijwielen worden gerekend. Of anders gezegd: bakfietsen zijn niet toegelaten in schoolstraten.'
Kies je voor een sportieve, wendbare bakfiets met twee wielen of voor een robuuste, stabiele bakfiets met drie wielen?
met voorzetselgroep
Voorzetsel: met
- een bakfiets met drie wielen
- een bakfiets met meer dan twee wielen
- een bakfiets met twee wielen
Een twee weken geleden goedgekeurd KB over Speelstraten laat enkel 'voetgangers en fietsers' toe in straten rond scholen, die tijdens bepaalde uren wordt afgesloten. Gevolg: eigenaars van een bakfiets met drie wielen mogen hun kinderen niet meer voor school afzetten. De huidige Wegcode catalogeert bakfietsen met meer dan twee wielen namelijk als 'rijwielen', en niet als 'fietsen'.
in voorzetselgroep
- in de bakfiets
- met de bakfiets
- op de bakfiets
Vandaag geen grote toestanden, maar hij en zijn vrouw hebben al heel wat naars naar hun hoofd gekregen, tot 'stoephoer' aan toe. Ook van de meest geciviliseerde mensen, van zwangere vrouwen en moeders met kinderen in de bakfiets.
Een 15-tal ouders brengt hun kinderen met de bakfiets naar school.
De school stelde vast dat verschillende ouders kinderen met bakfiets of fietskar naar de school brachten.
De vrouw en de twee kinderen op de bakfiets bleven ongedeerd.
met ander, nevengeschikt substantief
- bakfiets of fietskar
De school stelde vast dat verschillende ouders kinderen met bakfiets of fietskar naar de school brachten.
Vaste verbindingen
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
- bakfietsbel
- bakfietsbobo
- bakfietscollege
- bakfietsdelen
- bakfietsfile
- bakfietsgeneratie
- bakfietsgezin
- bakfietshoes
- bakfietskind
- bakfietsmaffia
- bakfietsmoeder
- bakfietsongeluk
- bakfietsouder
- bakfietsparkeervoorziening
- bakfietsparkeren
- bakfietsstad
- bakfietsterreur
- bakfietstuig
- bakfietsvader
- bakfietsvlaming
- bakfietswijk
- bakfietszoenzone