convers 1.0
(religie, mystiek en mythologie; verouderend)
kloosterling die geen priester is, maar wel geloften heeft afgelegd en die zorg draagt
voor materiële zaken in het klooster, zich wijdt aan arbeid, onderwijs of ziekenverpleging;
lekenbroeder
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een convers…
is een kloosterling; is een persoon
- [Organisatie of instelling] is lid van een kloosterorde binnen de rooms-katholieke kerk
- [Functie] draagt zorg voor materiële zaken in een klooster
- [Activiteit of handeling] verricht arbeid, geeft onderwijs, of verzorgt zieken
- [Legitimiteit] is niet tot priester gewijd, maar heeft wel geloften afgelegd
Algemene voorbeelden
In de traditionele benedictijnenkloosters werd het werk in de huishouding en op het land overgelaten aan dienstpersoneel. De nieuwe orden van de twaalfde eeuw zetten daarvoor echter kloosterlingen in: de zogenaamde conversen. In eerste instantie waren dit ongeleerde, want op latere leeftijd ingetreden monniken die moeilijk nog met de complexe Latijnse routine van het koorgebed vertrouwd konden worden gemaakt. De term conversio (= bekering) verwijst naar een late roeping.