havoleerling 1.0
(onderwijs en opvoeding; (vooral) in Nederland. Vaak in verkeerde spelling aangetroffen.)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een havoleerling…
is een leerling; is een persoon
- [Toepassingsgebied of bereik] is een leerling die havo-onderwijs volgt; zit op de havo
Algemene voorbeelden
Een havoleerling met dyslexie heeft zich bij een Regionaal Opleidingencentrum (ROC) ingeschreven om examen te doen in twee vakken, scheikunde en Nederlands. Dit in het kader van de volwasseneneducatie.
Een 19-jarige jongen is geschorst. De havoleerling van het Cosmicus Montessori Lyceum stapt door zijn schorsing naar de rechter. De reden van de schorsing is, dat de jongen tussen de lesuren Turks sprak
Combinatiemogelijkheden
met ander, nevengeschikt substantief
- vwo-leerlingen en havoleerlingen
- havoleerlingen en vwo-leerlingen
Het aantal vwo- en havoleerlingen met een bètaprofiel is de afgelopen jaren gestegen van een vijfde naar bijna de helft van de leerlingen.
Havo- en vwo-leerlingen leren liever via praktijkopdrachten dan van theorie. Ook is er veel behoefte aan instructies van docenten.