kledingzaak


kledingzaak 1.0

zaak waar kledingstukken verkocht worden; winkel waar men kleding kan kopen; kledingwinkel

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een kledingzaak…

is een zaak; is een bedrijf

      Algemene voorbeelden


      In de winkel zijn speciale buitensporthemden te koop, al zijn die behoorlijk prijzig en is het aantal kleuren beperkt. Een goed en goedkoop alternatief is om in een gewone kledingzaak poloshirts van synthetische materialen (zie label aan de binnenkant) te kopen.

      http://www.tweevoeter.nl/kleding/

      De supermarkten, kledingzaken en brood- en banketbedrijven zijn de grootste werkgevers van de sector.

      http://werk.net/

      Steeds meer kledingzaken bieden een assortiment trouwkostuums aan in andere stoffen, zelfs in jeans.

      De Standaard,

      Woordfamilie


      Als deel van een afleiding


      kledingzaak 1.1

      gebouw waarin een kledingwinkel gevestigd is; kledingwinkel

      Semagram (extra betekenisinformatie)


      Een kledingzaak…

      is een gebouw

          Algemene voorbeelden


          Het niet meer bewoonde huis brandde tot de grond toe af. Hebben ze toch hun zin gekregen, zei Job. Er staat nu een grote kledingzaak, glazen deuren die ook 's winters open staan.

          NRC,

          Woordfamilie


          Als deel van een afleiding