sloerie 1.0
(pejoratief)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een sloerie…
is een vrouw; is een persoon
- [Geslacht] is een vrouw
- [Gedrag] gedraagt zich verleidelijk, losbandig of ordinair
Algemene voorbeelden
Tegenover haar woonden echter mensen van de kerk die mij herkenden en het dichttrekken van de overgordijnen hadden gezien. Ze vertelden het op een zondagmorgen na de dienst aan mijn ouders. Die middag was moeder niet meer tot bedaren te krijgen. Ze noemde het meisje: 'Die sloerie! Die slet! Die prostituée!' En ik werd die zondag in haar ogen en haar woorden: 'Hoerenloper ... Een hoerenloper, dat ben jij geworden!'
Zijn tuin is een vuilnisbelt, hij zit met vrienden tot midden in de nacht buiten te drinken, en om de haverklap heeft hij een andere sloerie.
Vroeger zei een meisje immers altijd nee, althans om te beginnen [...]. Een meisje dat onmiddellijk 'ja' zei, was immers geen net meisje. Dat was een sloerie die zou eindigen als 'afgelikte boterham', een tragisch lot omdat de huwelijksmarktwaarde van dezulken zeer gering was.
Het tegendeel blijkt juist waar: meisjes die met iedereen de koffer in duiken – de sloeries en de sletten zoals men het hier uitdrukt – zijn juist gewild.
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- smerige sloerie
Voor ik mama's graf evenwel had bereikt, had papa het houten kruisje al uit de aarde gerukt en stukgeslagen tegen een oud, arduinen grafmonument, en was met beide voeten op de lemen terp beginnen dansen. 'Smerige sloerie! Vieze slet! Vuile hoer!'
sloerie 2.0
(pejoratief)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een sloerie…
is een vrouw; is een persoon
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is slonzig, slordig, onordelijk
- [Geslacht] is een vrouw
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- luie sloerie
- onverantwoorde sloerie
- slonzige sloerie
Ze had het idee dat ze eindelijk leefden zoals alle andere, hardwerkende mensen leefden. Het gaf een gevoel van braafheid, maar tegelijkertijd stelde ze vast dat ze er niets aan vond. Leven als een onverantwoorde sloerie was veel gezelliger.
Ze had geen idee hoe het voor mij was om thuis te komen, waar de bedden nog niet opgemaakt waren [...] en waar een berg aangekoekte afwas stond [...]. Ik had maar een half uur voordat moeder thuiskwam van de bakkerij en als ze uitgeput was, was ze altijd boos. 'Je bent een luie sloerie. Verwend door je vader toen je klein was', schreeuwde ze.
Nijdig stapte ze naar Rufa's kamer, ging binnen zonder zich te melden en werkte haar frustratie uit door Rufa te vernederen. "Ga onmiddellijk werken in de babykamer, jij slonzige sloerie." Een klap ondersteunde dit bevel.