stapelwolk 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een stapelwolk…
is een wolk; is een stoffelijke zaak
- [Kleur] is meestal wit met een vaak donkerdere onderzijde
- [Uiterlijk] heeft meestal een horizontale onderzijde en daarboven een bol, bloemkoolachtig uiterlijk
- [Soort] behoort tot de familie van de lage wolken of verticaal ontwikkelde wolken
- [Ontstaan] wordt gevormd door opstijgende warme lucht van het aardoppervlak en de condensatie van de luchtvochtigheid
- [Plaats] bevindt zich met de onderzijde op de hoogte waar de condensatie een aanvang nam
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] ontwikkelt zich in verticale richting
Algemene voorbeelden
In deze tijd van het jaar zie je regelmatig stapelwolken. Deze wolken ontstaat door een snelle opwarming van de lucht boven het aardoppervlak door de zon. Warmere lucht is lichter dan koude lucht waardoor er bellen met warme lucht, zogenaamde thermiekbellen, opstijgen [...]. Bij het stijgen van de thermiekbel koelt deze af doordat de lucht in de omgeving kouder is. Het vocht gaat condenseren waardoor stapelwolken gevormd worden. De lucht stijgt ondertussen verder en wordt steeds kouder. De condensatie blijft dus ook doorgaan en daardoor wordt de wolk steeds hoger.
De meteorologische benaming voor een stapelwolk is cumulus. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in: * cumulus humilis - stapelwolken met een geringe verticale opbouw * cumulus mediocris - stapelwolken met een middelmatige verticale opbouw * cumulus congestus - stapelwolken met een grote verticale opbouw. Als de lucht erg ontstabiel is kan een cumulus congestus uitgroeien tot een regen- of onweersbui.
De onderkant van de stapelwolk - de plaats waar de condensatie begon - is dus afhankelijk van temperatuur en vochtigheid. Als twee luchtbellen met dezelfde temperatuur en vochtigheid opstijgen, zullen ze op dezelfde hoogte beginnen te condenseren. Verschillende stapelwolken naast elkaar hebben daarom de onderkant op dezelfde hoogte. Deze wolken kunnen aaneen groeien tot één wolkendek. De onderkant van een wolkendek is daarom meestal vrij plat.
Door het uitgroeien van de stapelwolken in verticale richting, is de bovenkant van een dergelijk wolkendek meestal niet plat. De verschillende luchtbellen ontstaan namelijk niet allemaal op hetzelfde tijdstip. De ene heeft daarom meer tijd gehad om door te groeien dan de andere. Soms is de bovenkant echter wel plat. Dat doet zich voor als de temperatuur op een bepaalde hoogte niet meer afneemt, maar tijdelijk toeneemt; dat heet inversie. De luchtbellen kunnen dan niet verder meer opstijgen. Verschillende stapelwolken kunnen dan zelfs uitspreiden onder zo'n inversie, waardoor de bovenkant van zo'n wolkendek vrij egaal is.
Een ander opmerkelijk iets is dat je de stapelwolken in het voorjaar veel vaker in het binnenland ziet dan in de kustregio. De reden hiervan is de zee. Het zeewater wordt in de loop van het zomerhalfjaar steeds warmer, maar blijft overdag altijd kouder dan het land. Dit relatief koude water is van invloed op de temperatuur van de lucht. Aan de kust is de temperatuur dan ook vaak lager dan in het binnenland. Dit beetje verschil is voldoende om de convectie in onze kustregio tegen te werken. Hier zie je dan vaak ook geen stapelwolken, maar in het binnenland door de hogere temperaturen wel.
Bovendien scheen de zon en hingen er prachtige witte stapelwolken in het zwerk.
De lucht is zogoed als opengetrokken, op enkele stapelwolken na die als verdwaalde ijsschotsen voorbijdrijven.