steler


steler 1.0

iemand die steelt; dief
Genoemd in één adem met heler en buiten de spreekwoorden weinig gebruikelijk.

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een steler…

is een persoon

  • [Activiteit of handeling] steelt

    Algemene voorbeelden


    Nadat de jongeman nader aan de tand was gevoeld, bleek dat hij deze fiets had gekregen van zijn vader. Toen deze door de politie werd verhoord, bekende hij deze dure fiets in een café in Hoogeveen voor fl. 200,- te hebben gekocht. De verkoper kon eveneens worden opgespoord. Hij werd dinsdag door de politie verhoord en bekende de diefstal van de fiets. Zowel de heler als de steler kregen een dagvaarding in het kader van snelrecht.

    Meppeler Courant,

    Oprollen netwerk stelers en helers. Een gemeenschappelijk team van de politiekorpsen Amsterdam-Amstelland en de politie uit de regio Drenthe heeft gisteren een crimineel netwerk opgerold dat zich bezighield met diefstal en heling van grotere partijen waardevolle voorwerpen.

    Meppeler Courant,

    Spreekwoorden