t.a.p. 1.0
(wetenschap; media, communicatie en telecommunicatie; (vooral) geschreven taal)
Algemene voorbeelden
Voor alle langere teksten (meer dan vier bladzijden in gedrukte vorm) is deze verkorte verwijzing naar literatuur in de voetnoten aan te bevelen. Dit verwijssysteem verdient sterk de voorkeur, omdat het ruimte spaart en omdat het achter de hoofdtekst een handzaam overzicht biedt van door de auteur geraadpleegde literatuur. Zoals hierboven aangegeven, wordt daarmee ook de wetenschappelijke basis van de juridische tekst blootgelegd. Hanteert men deze verkorte verwijzingsvorm, dan kan men des te gemakkelijker verwijzingen als a.w., t.a.p., o.c., l.c. e.d. vermijden. Men behoeft bij meermalen vermelde literatuur niet steeds de volledige bibliografische gegevens te vermelden en toch zet men de lezer niet onnodig aan het zoeken.
Wees informatief, maar maak het niet nodeloos ingewikkeld. Vermijd verwijzingen die de lezer aan het zoeken zetten. Aanduidingen zoals a.w., o.c., t.a.p., l.c., ibidem en dergelijke zijn gebruikersonvriendelijk.
Zie: De ware kijk op..., deel 1, t.a.p., p. 413-421, en deel 2, t.a.p., p. 498, en: Willibrord, Apostel van Noord-Frankrijk, t.a.p., p. 20-22, waar tevens een afzonderlijke uitgave van deze lijst in het vooruitzicht wordt gesteld. De naam Heiloo is naamkundig ook identiek aan Heiligerlee in Groningen (De ware kijk op..., deel 1, t.a.p., p. 453).
Woordenboek der Noord- en Zuid-Nederlandse plaatsnamen (De Vries), t.a.p., p. 17.