winterochtend 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een winterochtend…
is een ochtend; is een periode
Algemene voorbeelden
De rust van een winterochtend in de Achterhoek.
Genieten van een winterochtend. Buiten kijkt een bevroren landschap me aan. De zon doet haar best om door te breken. Alvorens aan het werk te gaan besluit ik eerst even energie te tanken in de frisse buitenlucht. Even genieten van dit heerlijke en gezonde winterweer.
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- gure winterochtend
- koude winterochtend
- mooie winterochtend
Opname omstandigheden: gure winterochtend, bewolkt.
Ze heeft de gordijnen opengetrokken. Ik doe ze maar weer dicht. Het is nog veel te vroeg om ze open te hebben op zo'n koude winterochtend.
Het is een mooie winterochtend in februari. De sloten liggen dicht met spiegelglad ijs. Op de oevers een knisperend laagje wit. Het leven draait al weken om maar een ding: schaatsen.
- vroege winterochtend
De frisse mist van een vroege winterochtend met hier en daar een dwarrelende sneeuwvlok.
met adjectivisch tegenwoordig deelwoord
- stralende winterochtend
Het was een stralende winterochtend. De temperatuur kwam amper boven de nul graden.
Daar staat hij aan de deur van no. 13 en hij voelt zich zo feestelijk als op een stralende winterochtend met veel ijs.
in voorzetselgroep
- op een winterochtend, op winterochtenden
Twee kinderen die op een winterochtend naar school fietsen, blauw van de kou.
Dit boek werpt een blik op het leven op het platteland, op een boerderij. Het wordt iedere keer vanuit dezelfde hoek bekeken, vanuit de lucht, en dit steeds op een ander moment tijdens het jaar. Het begint op een winterochtend in januari, een échte winterochtend, na een nacht vol sneeuw.
Op winterochtenden zijn eekhoorns soms reeds in alle vroegte op zoek naar voedsel, zoals de zaden van lariksappels.