zuurkool 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Zuurkool…
is een groente; is voedsel
- [Smaak] heeft een zure smaak
- [Container] wordt gemaakt en bewaard in een ton of een vat
- [Stoffelijke eigenschap algemeen] is rijk aan vitamine C
- [Behandeling of bewerking] is ingemaakt
Algemene voorbeelden
De meeste groenten gaan vers van het land of de kas naar de winkel. Zuurkool niet. Die begint als witte kool.
Voor 500 gram zuurkool is ongeveer 1 kg witte kool nodig.
Zuurkool is heel licht verteerbaar en levert maar 20 calorieën per 100 gram. Het is bovendien rijk aan vitamine C, kalk, fosfor, ijzer en mineralen - dus heel gezond - en makkelijk in het gebruik.
Het oorspronkelijke Moermandieet heeft de volgende kenmerken: Er mogen alleen voedingsmiddelen worden gebruikt die veel vitaminen en mineralen bevatten zoals granen, groenten en fruit. Sommige groenten zoals zuurkool, rabarber, champignons, diepvriesspinazie en blikgroenten zijn echter verboden. Aardappelen en peulvruchten zoals bruine en witte bonen en kapucijners zijn evenmin toegelaten.
Dit brood is gemaakt van 70% volkorenmeel en 30% gebroken tarwekorrels (de korrel is op een grove steen gemalen) en is op de vloer van de oven gebakken. Belegsuggestie: kipfilet, zuurkool en zure room.
Combinatiemogelijkheden
als object bij een werkwoord
- zuurkool eten
- zuurkool maken
U kunt zuurkool rauw eten als salade, of koken.
Mensen gebruikten gist om bier te brouwen en brood te bakken en bacterien om yoghurt en zuurkool te maken, hoewel ze zich van het bestaan van micro-organismen nog helemaal niet bewust waren.
met ander, nevengeschikt substantief
- zuurkool en aardappelen
- zuurkool en peterselieaardappelen
Men neme bijvoorbeeld Choucroute garnie, een berg zuurkool en drie aardappelen, die aan het oog onttrokken zijn door de vijf soorten worsten en lappen gezouten vlees die het hele bord bedekken.
Van onze grill. Bankethammetje van de rotisserie met zuurkool en peterselieaardappelen.
Woordfamilie
Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
zuurkool 2.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Zuurkool…
is een gerecht
- [Ingrediënt] wordt gemaakt van aardappelen en zuurkool
- [Gebruikswijze] wordt traditioneel geserveerd met (varkens)vlees en jus
Algemene voorbeelden
Aan een plastic tafeltje in een overvolle, warme pijpenla [...], vond hij beschutting en stamppot. De zuurkool smaakte vreemd zoetig, de aardappels waren glazig, het spek behaard en de bijgeleverde worst smaakte voornamelijk naar vet papier.
Combinatiemogelijkheden
als object bij een werkwoord
- zuurkool maken
Hier hadden zij getweeën hun onovertroffen crumpets gebakken en 's winters samen grote pannen zuurkool en erwtensoep gemaakt.
Dan ga ik. In het café, waar niets te beleven is dan een praatje met de eigenares over winterschotels. Kijk, zo maak ik zuurkool, mijn zuurkool, zo lekker heb je ze nog nooit gegeten. Ik luister en kijk naar haar molshoopachtige boezem boven de toonbank en de vele gouden ringen aan haar vingers.
met voorzetselgroep
Voorzetsel: met
- zuurkool met hamlappen
- zuurkool met rookworst
- zuurkool met worst
- zuurkool met worsten
Grote schalen zuurkool met hamlappen en worsten gaan rond.
Een specialiteit was indertijd de zogenaamd 'kalfskop'. De wangen werden aangeboden in gesmolten boter, waarbij zuurkool met rookworst gegeten werd. Het waren maaltijden die slechts in het seizoen verkrijgbaar waren.
Ze aten kippensoep, zuurkool met worst en een schaaltje vla. Het kostte twee gulden vijfentachtig.