Engelse 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een Engelse…
is een persoon
- [Geslacht] is een vrouw
Algemene voorbeelden
Mary Newcomb, zag ik, was een Engelse, geboren in 1922. Haar schilderijen, zag ik, vertoonden een verbluffende overeenkomst met die van Bennie.
Hij was afkomstig uit Rijssel, studeerde in Montpellier, trouwde een Engelse en woonde in Londen, Antwerpen, Delft en daarna weer Londen.
De weekendouder. De af-en-toe-ouder. Bij mij gelukkig ieder weekend, anders was ik gek geworden. Iemand - moeder van vier kinderen - zei ooit tegen mij: 'Jij en Kathy zijn dus eerder vriendinnen.' Dom, moet je dan denken, oliedom. En vooral niet reageren. Je energie niet verkwisten. Iemand anders - een Engelse - noemde het 'absent parenting'. Blijkbaar een bestaande term.
De koper zou de erfgenaam van een ordinaire warenhuisketen kunnen zijn, die ooit verliefd is geworden op een Engelse.
In Frankrijk was Marloes de Boer twee maanden geleden als matchwinner het middelpunt van het feestgedruis. In Zwolle stapte ze donderdag toch lichtelijk als schlemiel van het veld. De verdediger veroorzaakte tien minuten na rust de penalty waarmee Engeland uiteindelijk de winst greep. Onterecht gegeven, zei de blonde voorstopper over de strafschop die werd toegekend aan de vallende Amanda Barr. "Ze kreeg de bal aangespeeld en ik wilde voorkomen dat ze kon opendraaien. Ze voelde iets en zocht meteen het gras op. Daar waren die Engelsen op aan het loeren. Ze zijn daarin gewoon sluwer dan wij."
Als Engelse die de laatste 25 jaar in Nederland heeft gewoond, kan ik u verzekeren dat wat 'koelheid' betreft de Nederlanders bovenaan staan.
Polly Harvey is, zoals ze zelf zegt, 'die kleine Engelse' die zingt als een neger op een veranda in New Orleans.
De roman speelt om het gebeuren dat ene Hester Prynne, een Engelse, in de klauwen heeft. Deze Hester, al enige jaren verblijvend in het stadje, en de kost verdienend als borduurster, wordt vervolgd wegens het plegen van de doodzonde Overspel.
Het eerste meisje dat ik werkelijk het mijne mocht noemen, was een Engelse, Joan.