Israëliet 1.0
iemand die behoorde tot het bijbelse volk van Israël
In het meervoud ook in toepassing op het volk.
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een Israëliet…
is een persoon; iemand; mens
- [Groep] behoorde tot het Bijbelse joodse volk; behoorde tot het uitverkoren volk van God
- [Plaats] woonde in het Beloofde Land, het huidige Israël, behalve tijdens de perioden van ballingschap in Egypte en Babylonië
Algemene voorbeelden
De Israëlieten zwierven veertig jaar om in de woestijn.
Beroemd is het 19de eeuwse tabernakelmodel, een prachtige reconstructie van het draagbare heiligdom dat de Israëlieten in de woestijn onder leiding van Mozes bouwden.
Wanneer zijn de Israëlieten eigenlijk monoteïsten geworden in de echte betekenis van het woord?
Woordfamilie
Als deel van een afleiding