doeg 1.0
((vooral) in Nederland; informeel)
Algemene voorbeelden
In 1973 ging het Dialectenbureau – dat bestond echt – het land door met de vraag wat het meest gebruikte groetwoord was. Waar de rest van Nederland het hield op 'dag', 'tot ziens' of salu' bleek dat in en rond de Zaanstreek 'doeg' te zijn. Een dialectenenquête uit 2008 van de Stichting Nederlandse Dialecten – eveneens echt – toonde aan dat 'doeg' zich had verspreid over heel Nederland. Zelfs in Zuid-Limburg namen sommigen zo afscheid. Een Zaans woord had de natie veroverd.
Terwijl hij achterwaarts naar de lift begon terug te lopen, stak ik mijn hoofd om de deur en riep: 'Hartstikke bedankt, Michael.' Hij wuifde even en zei: 'Doeg, en vergeet het niet, hè? Mocht je iets nodig hebben, dan geef je maar een belletje.'
Fleur lacht lief en zegt: 'Doeg.' En weg is ze.
'Wat geinig, o half twee, ik moet door, doeg!'
Iris durft hem niet te vertellen wat ze van plan is. 'Niks bijzonders, eten met een oude vriend. Die belde ineens op.' Er valt een stilte. 'Oké, dan bel ik je morgen wel ja?' zegt Marco uiteindelijk. 'Ja, dat is goed.' 'Doeg,' zegt Marco. Hij klinkt verslagen. 'Dag,' zegt Iris en ze hangt snel op.
Combinatiemogelijkheden
in de zin
- 'houdoe', 'doeg', 'doei' of 'hoie'
Het lijkt wel een beetje op de standaard openingszin: 'Hey, hoe gaattie?'. Niemand verwacht na het stellen van deze vraag dat je een volledig verslag krijgt van de psychische, fysische, sociologische en financiële gesteldheid van de ander. Misschien is het wel net zo met "en doe de groeten aan...". Het lijkt niet meer dan een afstel van afscheid. Het onverbiddelijke houdoe, doeg, doei of hoie komt toch. De groeten zijn dus eigenlijk pre-groeten: 'doe de groeten thuis' volgt altijd door een slotgroet.
- 'doeg' zeggen
Ik was waanzinnig bang en de valpartijen en de bochten deden mij al spoedig in het zoveelste groepje kanslozen terecht komen. Opgeven was de enige zinnige daad die te bedenken viel. Maar ik zou natuurlijk doorrijden en mezelf kennende (ik verbeterde immers altijd naarmate de koers vorderde) zou ik nog de 19e prijs in de wacht slepen ook. Toen ik echter bedacht dat dat ook wel prettig was voor de reportage, was de kaars plotseling bij mij uit. Mijn leven riskeren voor een blad waarvan alle abonnees doeg tegen elkaar zeiden? Dat nooit. Ik stapte af, een verstandig besluit.
Ik werk in een winkel en moet van mijn werkgever 'doeg' zeggen tegen de klanten (ik zeg het iets van 'doe-hoeg'). Het schijnt netter te zijn. Tegen mensen die ik ken of mensen die wat jonger zijn, zeg ik altijd 'doei' ('doe-hoei'). Ik denk dat 'doeg' wat meer voor nettere en/of oudere mensen is.