gangster


gangster 1.0

iemand die lid is van een misdadigersbende of criminele organistatie; ook: misdadiger in het algemeen

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een gangster…

is een misdadiger; is een persoon

  • [Groep] maakt deel uit van een bende of van een criminele organisatie

    Combinatiemogelijkheden


    met adjectief ervoor


    • een beruchte gangster
    • een gevaarlijke gangster
    • een gewapende gangster
    • een professionele gangster
    • een voortvluchtige gangster
    • een zware gangster

    Murat Kaplan werd onlangs overgeplaatst van het penitentiair complex in Brugge naar een andere gevangenis. Aanleiding was de vrees dat de beruchte gangster en ontsnappingskoning een vluchtpoging plande.

    De Standaard,

    De Mollenaar geldt als een zeer gevaarlijke gangster en wordt verdacht van twee moorddadige afrekeningen in het milieu van de drugs- en wapenhandel.

    De Standaard,

    Drie gewapende gangsters drongen woensdagochtend omstreeks 8.30 uur langs de achterkant het agentschap van de Generale Bank in de Daillylaan in Schaarbeek binnen.

    De Standaard,

    met substantief ervoor


    • een bende gangsters

    Een bende gangsters overviel gistervoormiddag opnieuw een geldtransportwagen van Groep 4-Securitas.

    De Standaard,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding


    Als deel van een afleiding


    Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen


    Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen


    gangster 2.0

    iemand die in een of ander opzicht niet deugt
    Ook als scheldwoord.

    Betekenisbetrekking


    metafoor
    Betrokken betekenissen 1.0 : 2.0

    Algemene voorbeelden


    Karaktervoetballer Jan Wouters over zijn duel met Paul Gascoigne, "matennaaierij", spugen naar scheidsrechters en angsten van een gevoelsmens. 'Ik kan me voorstellen dat mensen zeggen: die gast is een gangster.'

    NRC,

    Gij zijt ne smeerlap. 'k Dacht dat gij mijne maat waart? Een vurt krapuul, dat zijt gij. Gangster!

    Sierens & Co, Arne Sierens,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding