mikadogezin 1.0
(neologisme)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een mikadogezin…
is een gezin
- [Leden] bestaat uit een vader en/of stiefvader, een moeder en/of stiefmoeder, stiefbroers en/of stiefzussen, halfbroers en/of halfzussen
Algemene voorbeelden
Mikadogezin is een gezin waarvan minstens één van de partners kinderen uit een vorige relatie heeft. Ook een veelvoorkomende situatie tegenwoordig.
Uiteraard is de complexiteit en diversiteit van relaties en van gezinnen wel toegenomen. Door alle scheidingen, latrelaties en andere moderne samenlevingsverbanden is zowel het eenoudergezin opgekomen als de 'extended family' en het 'mikadogezin', met wisselende gezinshoofden die samen met hun eigen kinderen, hun halfbroertjes en -zusjes, vrienden en buurkinderen losvaste samenlevingsverbanden vormen.
Het Nederlandse gezin bestaat niet. Er zijn spitsgezinnen, mikadogezinnen, stiefgezinnen, allochtone gezinnen, succesgezinnen, gescheiden gezinnen, alleenstaande gezinnen, probleemgezinnen. Kortom: variatie kenmerkt het Nederlandse gezin anno 2007.
Er zijn ruim 2,5 miljoen huishoudens met kinderen in Nederland. En nog nooit was de variatie in gezinssamenstelling zo groot als nu, zegt Jan Latten, hoogleraar demografie aan de Universiteit van Amsterdam en verbonden aan het Centraal Bureau voor Statistiek. "Ik kan wel zeggen: het gemiddelde gezin is een getrouwd stel met twee kinderen. Maar dat 'statistische' gemiddelde wordt steeds meer bepaald door uitersten." Vader woont boven, moeder beneden. Vader heeft twee zonen uit een vorige relatie, en een dochter met zijn huidige partner, die nog twee dochters heeft met haar ex-man (zo'n gezin heet wel een stiefgezin of een mikadogezin, naar het spel met de stokjes die alle kanten op vallen).
Etymologie
Aard herkomst | inheems woord |
---|---|
Vroegste datering | 2007 |
Benoemingsmotief | Het woord verwijst naar het mikadospel, waarvan de stokjes bij aanvang van het spel door elkaar vallen en in een gecompliceerd patroon op tafel komen te liggen. |