obesitas

Van Rossum liet zien dat obesitas toeneemt in zowel 'rijke' als 'arme' landen, met als gevolg een toename in een groot aantal chronische ziekten. Gedragsfactoren zoals lichamelijke (in)activiteit en eetgewoonten zijn verantwoordelijk voor deze toename. Daarnaast blijken echter ook genetische factoren van invloed te zijn.

Obesitas wordt vastgesteld met behulp van de Body Mass Index (BMI). Dit is het gewicht (in kg) gedeeld door het kwadraat van de lengte (in m). De benaming Quetelet Index (QI) is in de wetenschappelijke literatuur verlaten en vervangen door Body Mass Index (BMI).

Mensen met ernstige obesitas op middelbare leeftijd hebben 50 procent meer kans om voortijdig te overlijden dan mensen met een gezond gewicht.

Een verstoring van het eetgedrag [...] vindt vaak zijn oorsprong in de (over)bezorgdheid van de ouders en/of in de slechte raad die soms via allerlei kanalen wordt aangereikt [...]. Verder is ook gebleken dat vrouwen die zelf overdreven bezorgd zijn om hun uiterlijk en eetstoornissen ontwikkelen, de voedingsgewoonten van hun kinderen in negatieve zin beïnvloeden met een verhoogd risico op anorexia of extreme obesitas tot gevolg.

Morbide obesitas is een ernstige aandoening waarbij patiënten een abnormaal hoge body mass index van hoger dan 40 hebben. De aandoening kenmerkt zich door een extreme hoeveelheid overtollig lichaamsvet in combinatie met een gezondheidsprobleem zoals diabetes mellitus (suikerziekte) en een verhoogde bloeddruk.

Xenical is alleen bedoeld voor mensen die aan obesitas lijden, ook wel bekend als vetzucht. Mensen die minimaal dertig kilo te zwaar zijn en last krijgen van hun hart.

De dikke vrouw zat daar om hem te bekeren, en berustend zei hij bij zichzelf: ik zal een goede bekeerling zijn. 'Weet je hoeveel miljoen mensen met obesitas er in de USA zijn?' 'Ja, dat weet ik.' 'Raad er maar niet naar, jongen. Veertig miljoen van het soort dat minachtend "dikzakken" wordt genoemd. Maar ik zeg je, niemand mag worden gediscrimineerd op grond van zijn fysieke gebreken.'

Onderzoek naar obesitas richt zich voornamelijk op genetische stoornissen van de stofwisseling, of op de wisselwerking tussen eetlust en het gevoel van verzadiging.

De hond werd naar ons doorgestuurd voor de behandeling van de obesitas. Bij het cardiologisch onderzoek woog de hond reeds 8,20 kg, intussen was de hond nog 250 g bijgekomen (in 1 week).

Bij het RIVM vinden momenteel diverse onderzoeken plaats gericht op de relatie tussen DNA-polymorfismen (interindividuele verschillen) in diverse genen voor obesitas en gewichtstoename.

Een BMI onder de 18 betekent ondergewicht, vanaf 25 spreken we van een overgewicht. De term obesitas of zwaarlijvigheid gebruiken we pas vanaf een BMI boven 30.

Naast de nog vele onbeantwoorde vragen in de kankerproblematiek staat het echter wel vast dat vet (en in het bijzonder verzadigd vet), zout, alcohol en obesitas schadelijk zijn voor de volksgezondheid door hun promoverende invloed op kanker naast de rol die ze spelen in het ontstaan van atherosclerose.

Het voorkomen van zwaarlijvigheid of obesitas (gedefinieerd als een Body Mass Index van 30 of hoger) wordt in Westerse landen geschat op minstens 10% van de algemene bevolking. Bij naar schatting een vierde hiervan heeft het overgewicht hoofdzakelijk te maken met een eetstoornis (in de zin van overmatig eten of eetbuien).