teef


teef 1.0

vrouwelijke hond, vooral een volwassen exemplaar

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een teef…

is een hond; is een zoogdier; is een dier

  • [Leeftijd] is meestal volwassen
  • [Geslacht] is van het vrouwelijke geslacht; is een vrouwtje; is een wijfje

    Algemene voorbeelden


    Dit houd dus o.a. in dat het getoonde gedrag van de teef met de pups om haar heen, grote invloed heeft op de ontwikkeling van het karakter van deze pups.

    http://home.concepts.nl/~kynetho/fokken.htm

    Als een kleine teef wordt gedekt door een grote reu, vraag dan aan de dierenarts of zij de 'reuzenpup' zal kunnen uitdragen.

    http://honden.smiley.be/kwaaltjes2002.html,

    Die misvormde jongen hadden natuurlijk hun defecten in het moederlijf opgedaan, of doordat tijdens de dracht het weer te koud of te warm was geweest, of doordat de teef teveel gegeten heeft of wat er dan nog meer voor argumenten zijn om zichzelf te bedriegen.

    http://home.concepts.nl/~kynetho/fokken.htm

    Neem de stichting Koninklijk Nederlands Geleidehondenfonds te Amstelveen, die voorgeeft primair blindengeleidehonden, inderdaad hoofdzakelijk teven, af te richten.

    NRC,

    Combinatiemogelijkheden


    als object bij een werkwoord


    • een teef dekken
    • een teef laten dekken

    Natuurlijk kunt u de teef laten dekken en een nestje laten krijgen. Bedenk echter dat dit erg veel werk is, en dat u dit verantwoord moet doen. Er zijn immers al genoeg ongewenste honden op de wereld.

    http://www.doggy.net/raskeuze-frame.htm

    met adjectief ervoor


    • een loopse teef

    De hond is ook ontzettend bang tijdens onweer maar niet voor vuurwerk [...]. Hij is zo lui dat loopse teven zelfs niet de minste geringste interesse bij hem wekken aldus de baas.

    http://home.wish.net/~homeopat/inhoud-2.htm

    Vaak wordt het weglopen van de reu - op zoek naar loopse teven - gezien als een teken van ontrouw.

    http://www.doggy.net/raskeuze-frame.htm

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding


    Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen


    teef 2.0

    vrouwelijk nerts dat wordt gehouden voor het fokken

    Semagram (extra betekenisinformatie)


    Een teef…

    is een nerts; is een zoogdier; is een dier

    • [Functie] wordt gehouden voor het fokken
    • [Geslacht] is van het vrouwelijke geslacht; is een vrouwtje; is een wijfje

      Wetenschappelijke naam: Mustela lutreola

      Rijk Animalia; Dieren
      Stam Chordata; Chordadieren
      Klasse Mammalia; Zoogdieren
      Orde Carnivora; Roofdieren
      Familie Mustelidae; Marterachtigen
      Geslacht Mustela
      Soort Mustela lutreola

      Algemene voorbeelden


      Volgens de 'Landbouwmeitelling' van 1994, worden in Nederland 485.000 nertsmoederdieren (teven), 7.000 vosmoederdieren (fokmoeren) en 2000 overige moederpelsdieren gehouden.

      NRC,

      Woordfamilie


      Als deel van een afleiding


      teef 3.0

      (zeer informeel; kwetsend)

      vrouw die heftige ergernis, weerzin of frustratie opwekt, vooral bij een man, door onhebbelijk gedrag, door onuitstaanbare karaktertrekken of door een afstotelijk uiterlijk

      Betekenisbetrekking


      metafoor
      Betrokken betekenissen 1.0 : 3.0

      Semagram (extra betekenisinformatie)


      Een teef…

      is een vrouw; is een persoon

      • [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] kan zich soms onhebbelijk gedragen; kan ergerlijke karaktertrekken hebben; kan ongenietbare grillen hebben; kan een afstotelijk uiterlijk hebben
      • [Waardering] wekt ergernis, weerzin of frustratie op, vooral bij een man

        Algemene voorbeelden


        Maar ja, wat hadden we niet geprobeerd voor Ronny nadat dat wijf hem laten zitten had? De eerste dag al stonden we aan zijn deur. Hij wou ons niet binnenlaten, wou niemand zien. Zelfs zijn maten niet. 'Onnozelaar, ze is dat allemaal niet waard. Zijt content dat ge daar van af zijt. Het was een teef.'

        Ars vivendi; Maten, Jan De Leeuw,

        Het schijnt dat ze die teef van een Luxemburg uit het Landwehrkanaal hebben gedregd.

        Het overspelige gras, Louis Ferron,

        Die Pandora bleek echter een vrouw te zijn, die van de verbazing van Two Times over dit feit, gebruik maakte om hem op een laffe manier te doden [...]. Vlak voordat die teef hem doodstak, noemde hij nog een naam, Sabrina.

        Ritueel des doods, Willem Zebregs,

        Combinatiemogelijkheden


        met adjectief ervoor


        • die verdomde teef
        • een achterdochtige teef
        • een achterlijke teef
        • een dwaze teef
        • een ellendige teef
        • een frigide teef
        • een gierige teef
        • een gore teef
        • een hardvochtige teef
        • een hebberige teef
        • een jaloerse teef
        • een krenterige teef
        • een lelijke teef
        • een loslippige teef
        • een oude teef
        • een schijnheilige teef
        • een sluwe teef
        • een smerige teef
        • een stomme teef
        • een uitgekookte teef
        • een vette teef
        • een vuile teef
        • een vunzige teef
        • vuile teef!

        Uit een raam gilde een legale prostituee dat alle illegale hoeren moesten opkrassen. 'Vuile teef!' voegde zij er nog aan toe. Iemand die ik in het tumult niet kon horen, had haar kennelijk tegengesproken.

        Dwarskijker, Rudy Vandendaele,

        Een hotelkind. Slapen in een leegstaande kamer aan het eind van een gang [...]. Meemaken hoe de Gast, die het leefritme in het hotel bepaalt en de maat is van alle dingen, door je ouders voor zeurkont of krenterige teef wordt uitgemaakt tijdens het snelle en vroege diner in de keuken.

        Het meesterstuk, Anna Enquist,

        'André is dood,' zei ik [...]. 'Dood is die man. Vermoord door Freddy Hangermans.' 'Vervloekt zij z'n naam!' riep m'n moeder. 'Freddy Hangermans godverdomme,' zei ik, om haar een plezier te doen. 't Blijft een mens z'n moeder. Nu en dan een pleziertje voor die ouwe teef kost geen geld, het kost alleen wat moeite.

        De droogte, Herman Brusselmans,

        Die stomme teef had zich uiteindelijk door de een of andere onbenul laten naaien en was zwanger geraakt.

        Naakte zielen, Luc Deflo,

        Hij zou wel eens gekwetst kunnen worden [...]. Door een vrouw die brulde dat ze godverdomme met hun vuile poten van haar kleine moesten afblijven. Dat ze wel wist wat ze moest zeggen, tegen hun wijven. Dat ze stonken, dat ze allemaal vuile zwijnen waren met hun geld, hun leugens en hun frigide teven, en dat ze er niets maar dan ook niets van konden.

        Slaap!, Annelies Verbeke,

        'Wat ben je toch een achterdochtige, jaloerse teef,' zegt Joost, en ik val stil.

        Het binnenste ei, Hannes Meinkema,

        Werkelijk, als je dat joch en mij naast mekaar zette, dan kon je bijna niet geloven dat er tijdens zijn conceptie tien jaar eerder ook een vrouw aan te pas was gekomen, – vooral niet zo'n vunzige teef als de vrouw in kwestie geweest was.

        Wees maar niet bang, Christophe Vekeman,

        Woordfamilie


        Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen


        teef 3.1

        (zeer informeel; kwetsend)

        vrouw die haar seksuele appetijt duidelijk laat merken, of die gemakkelijk tot seks bereid is, en die daarom enigszins smalend of met afkeer wordt bekeken

        Betekenisbetrekking


        specialisering
        Betrokken betekenissen 3.0 : 3.1

        Semagram (extra betekenisinformatie)


        Een teef…

        is een vrouw; is een persoon

        • [Gedrag] laat duidelijk haar zin in seks blijken; is gemakkelijk tot seks te bewegen
        • [Waardering] krijgt geen respect van anderen; wordt ook vaak door haar eigen partners respectloos besproken

          Algemene voorbeelden


          Ze kon nu voor mij de pot op. 'Ga weg!' zei ik. 'Ik heb me in je geleegd maar ik weet echt niet of ik het nu werkelijk zo geweldig vond, teef!'

          Een hete ijssalon, Heere Heeresma,

          André, vervolgde hij, herinner jij je nog die blonde teef voor dat raam in dat hoerenstraatje?

          De wekker, André Janssens,

          Combinatiemogelijkheden


          met adjectief ervoor


          • een dolle teef
          • een geile teef
          • een hete teef
          • een loopse teef
          • een smerige teef
          • een vuile teef

          M'n ex-vrouw is gewoon de smerigste teef en de goorste hoer van heel België.

          De droogte, Herman Brusselmans,

          Of ze moesten haar verbaal kleinkrijgen, noemden haar teef, hete teef, geef maar toe dat je dit lekker vindt, teef, o, mijn God, je bent zo nat, allemaal voor mij, ik ben zo groot in jou, ik ben veel te groot, ik ga je uiteenrijten, ik ga je volspuiten, en zo moedigden ze zichzelf met de meest primitieve clichés aan terwijl Dora op haar tanden beet om niet in lachen uit te barsten.

          De kinderen van Arthur, Kristien Hemmerechts,

          'U bent loops,' riep ik, 'u bent een loopse teef.' Aan haar gezicht kon ik zien hoe ze schrok dat haar magere lichaam geen geheimen voor me had. Ze week achteruit. 'Hoe kom je daarbij Rodolpho,' zei ze, 'wie heeft je dat verteld?' Nog harder schreeuwde ik, 'U bent een loopse teef, ik zal arme jongens voor u verzamelen.' Ik rukte mijn trainingsbroek naar beneden, pakte de zakjes die tussen mijn benen hingen, schudde ze heen en weer en riep, 'En hiermee ga ik later knechtjes maken en die gaan u bewaken. Mijn knechten gaan u bewaken, want u bent een loopse teef.'

          Gstaad 95-98, Marek van der Jagd,

          Fri, die voor haar huwelijk met Ajjoeb een dolle teef was geweest, maar die nu voldoende had aan haar man.

          De stoelendans, Paul Koeck,

          Woordfamilie


          Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen


          teef 3.2

          (vulgair; pejoratief)

          vrouw

          Betekenisbetrekking


          generalisering
          Betrokken betekenissen 3.0 : 3.2

          Semagram (extra betekenisinformatie)


          Een teef…

          is een vrouw; is een persoon

              Algemene voorbeelden


              Bovendien heeft Spek een kind, waar hij geheel van weg is. 'Het verblijft bij mijn eerste teef [...]!' beweert hij onomwonden.

              De verdwazing, Andreas Roels,

              Hij was met een blankin getrouwd, Goedele, een hemelse teef, maar dan een teef die je vlug duidelijk maakte dat ze alleen van Moelai wou zijn.

              De stoelendans, Paul Koeck,

              Enkele jaren later trouwde Toosjes moeder een jongen van achttien, die ze in de loop van twaalf jaar met negen welgeschapen kinderen bedacht [...]. Het ene kind nog gezonder dan het andere. En aan de teef die met dierlijke regelmaat haar jongen wierp, was geen spoortje slijtage te bespeuren. Maar van Toosje had ze nooit meer iets willen weten.

              De tandeloze tijd. Dl. 1: Vallende ouders, A.F.Th. van der Heijden,