vivipaar


vivipaar 1.0

(biologie)

zich voortplantend door levende jongen te baren, die enige tijd in de buik van de moeder met een placenta of placenta-achtige structuur door de moeder gevoed zijn, zoals bij bijna alle zoogdieren en bij sommige vissen en reptielen het geval is; zich voortplantend zonder eieren in of buiten het lichaam uit te broeden; levendbarend

Algemene voorbeelden


Hoger ontwikkelde slangen broeden de eieren in het moederlichaam uit [...]. Op het moment dat de eieren gelegd worden doorbreken de jongen de vliesdunne eierschalen. We noemen deze vorm van voortplanting eierlevendbarend (ovovivipaar). In tegenstelling tot zoogdieren, die levendbarend (vivipaar) zijn, is er tussen moederdier en embryo geen verbinding door middel van een placenta of iets dergelijks.

http://www.serpo.nl/spreekb.htm

Bij de vivipare haaien (hamer-, blauwe en citroenhaaien) ontwikkelen de embryo's via een navelstreng en een placenta in nauw contact met de moeder.

http://www.duiken.nl/

De bekendste vivipare dieren zijn zoogdieren, die nagenoeg allemaal levendbarend zijn. Uitzondering vormen de eierleggende cloacadieren: het vogelbekdier en de mierenegels.

res://ieframe.dll/acr_error.htm#deduvelkes.be,http://www.deduvelkes.be/Biologie/Weetjes.pdf

Vivipaar (levendbarend): de eieren van de haaien die onder deze categorie vallen, hebben (bijna) geen eikapsel en slechts een kleine dooier. De dooier hecht zich vast aan de wand van de eileider van de moeder, waarna een soort placenta ontstaat. Het moederdier voorziet de jongen voortdurend van voedsel via de placenta en navelstreng. Net als bij zoogdieren dus!

http://www.dolfinarium.nl/wie/default.htm

Woordfamilie


Als deel van een afleiding