voorgerecht 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een voorgerecht…
is een gerecht
- [Functie] dient om te eten
- [Voorbeeld of specimen] is bv. soep of een salade
Algemene voorbeelden
Het voorgerecht wordt een fris zomerse carpaccio van tonijn met zoetzure paprikasnippers en rucola afgewerkt met battarga. Dit laatste is gedroogde kuit van tonijn uit Sicilië.
Bij de voorgerechten vind je sashimi (gezond op z'n Japans), carpaccio of een heerlijk 'soepie'. Bij de warme hoofdgerechten is de Surf Turf zo'n beetje het duurste gerecht: Gamba's en kogelbiefstuk met overheerlijke kreeftensaus.
Combinatiemogelijkheden
als object bij een werkwoord
- een voorgerecht nemen
- een voorgerecht serveren
Lenige obers in lange wijnrode voorschoten laveerden behendig tussen de tafels [...]. 'Neem je een voorgerecht?' Hannelore klapte de kaart dicht en zette haar leesbril af. 'Doe mij maar tomaat garnaal', zei Van In.
'We kunnen ook een voorgerecht nemen', zei hij. Hoewel Hannelore het erg vond dat kreeften levend werden gekookt (oesters was geen beter lot beschoren), kon ze moeilijk nee zeggen toen Van In voorstelde een zeevruchtenschotel als voorafje te bestellen.
'Je maakt je te druk, ik zie het aan je,' begroette haar moeder haar in het restaurant. 'Hmm,' zei Esther. Ze installeerden zich aan een klein tafeltje aan het raam. 'Waarom praat je er niet met mij over,' vroeg haar moeder toen het voorgerecht was geserveerd. 'Ik praat al met iemand anders.' Haar moeder roerde in de soep.
In de theaterzaal kijken de feestelijk geklede gasten naar de tapdans-act van de ober die zojuist nog het voorgerecht serveerde.
met adjectief ervoor
- een koud voorgerecht
- een warm voorgerecht
Serveer eens wat blaadjes Lollo Rossa bij een koud voorgerecht, b.v. koude gekookte asperges met een mosterdsaus en Lollo Rossa, een verrukkelijke kombinatie.
Bij het warm buffet heb je dagelijks minstens keuze uit: een steakschotel, een warme en een koude dagschotel, soep en een warm voorgerecht, die elk kunnen aangevuld worden met twee aardappelvarianten.
met voorzetselgroep
Voorzetsel: voor
- een voorgerecht voor twee personen
- een voorgerecht voor vier personen
Zowel de gebakken en gestoomde dimsums (f 18,50) als de tempura seafood and veggies (f 16,50) zijn lekker en elk op zich voldoende als voorgerecht voor twee personen.
Salade met ansjovis en kaas. Een pittig voorgerecht voor 4 personen. Eet er eventueel warm ciabattabrood bij.
met telwoord ervoor
- geen voorgerecht
Floor wilde geen voorgerecht, en bestelde als hoofdgerecht de dagschotel, hoewel zij niet van varkensvlees hield.
Ed zat zich vreselijk te ergeren aan Peter Zonderland, die, omdat hij geen voorgerecht had genoten, een gespecificeerde rekening wilde en niet de rekening door achten wilde delen.
met ander, nevengeschikt substantief
- een voorgerecht of nagerecht
- voorgerechten, hoofdgerechten en desserts
Tussen 12.00 en 14.00 uur kunt u aanschuiven voor een lekkere maaltijd. Afwisselend is er een voorgerecht of nagerecht. De maaltijden kosten € 6 ook is het mogelijk een 10-strippenkaart te kopen voor € 55.
Om op een goedkope manier de keuken van de streek waar men verblijft te laten ontdekken, heeft Logis de France het streekmenu in het leven geroepen. Elk streekmenu bestaat uit een voorgerecht, hoofdgerecht en kaas of dessert.
Tussen de voorgerechten, hoofdgerechten en desserts vertelt de chef-kok wat meer over wijn, het belang van goede en verse ingrediënten, de kunst van het opdienen en lekkere specerijen.
voorafgegaan door als
- als voorgerecht
Neem bij een feestelijke gelegenheid meloen of salade als voorgerecht en ijs als nagerecht.
Er kwam kabeljauw als voorgerecht, koud gerookt en vervolgens licht gebakken en op het bord gebracht met sla, Banyuls-vinaigrette en mousseline met pastinaak en appelkappers.
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
voorgerecht 2.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een voorgerecht…
is een tijdseenheid
- [Geheel] maakt deel uit van de maaltijd
- [Ordening of volgorde] gaat vooraf aan het hoofdgerecht; is de eerste gang van de maaltijd, van een diner
Combinatiemogelijkheden
in voorzetselgroep
- na het voorgerecht
- tijdens het voorgerecht
- voor het voorgerecht
'Wat,' vraagt Mark tijdens het voorgerecht, 'maakt een spel nou eigenlijk tot een goed spel?'
Een bevriende psychiater ontmoetten we in een bistro. Tijdens het voorgerecht zei ik: 'Sprookjesprinses, kun je alsjeblieft ophouden met in je neus peuteren? Je neus is al niet zo mooi, en als jij er zo in zit te boren, gaat hij helemaal op een aardappel lijken.'
Soms worden er grappen gemaakt over wijn of eten, maar het zijn echte werklunches waarbij van tevoren is aangekondigd wie waarover wil spreken [...]. De vergadersessie begint na het voorgerecht en gaat door tot en met het dessert. De lunches worden gebruikt voor het bespreken van gevoelige onderwerpen die niet mogen uitlekken, zoals spionage.
Dan gaat het vòòr het voorgerecht al mis: de weduwe van Zeelenberg wordt dood gevonden. Vermoord…. Direct worden er onder de speciale gasten beschuldigingen over en weer geuit. Een ieder lijkt goede redenen te hebben om de ander tot moord in staat te achten.