rechtsbenige

Voor een rechtsbenige is het erg lastig om schaatsend pootje over te gaan in een bocht naar rechts. Dat is net als een rechtshandige, die wil schrijven met links. Een rechtsbenige heeft meer controle over zijn rechterbeen, om die nauwkeurig over zijn andere been te plaatsen in de bocht.

De meeste mensen zijn rechtsbenig en schieten bij voorkeur met hun rechtervoet tegen een bal. Dat geldt ook voor voetballers en keepers, waarvan ruim tachtig procent rechtsbenig is en de meeste teams zijn dan ook samengesteld uit rechtsbenigen.

Iedere keer als rechtsbenigen een bal wegschoppen doen we dat met rechts. Dat betekent dat je stevig op links moet staan. En dat is wat je al doende leert. Het linkerbeen wordt het sterke standbeen. Schaatsers die bochten leren rijden staan daarom het liefst stevig op links en dat maakt de weg vrij voor de fijne motoriek van het rechterbeen om het evenwicht te zoeken en over te stappen.

Rijkaard heeft aan de linkerkant zelfs twee rechtsbenigen als de nummers één en twee: Marc Overmars en Peter van Vossen. Beiden hebben het linkerbeen in de loop der jaren zo aardig bijgeschaafd, dat ze lang niet altijd via het van natuure favoriete been aan de binnenkant proberen te passeren. Overmars en Van Vossen gaan ook herhaaldelijk buitenom.

Binnen ons team hadden wij het voordeel dat wij naast twee rechtsbenigen ook een linkspoot hadden, dat gaf ons beslist extra voordelen.

Met deze opstelling ben je wel erg kwetsbaar doordat je 2 rechtsbenigen op links hebt.