dokter


dokter 1.0

(wetenschap; gezondheid, geneeskunde en zorg)

iemand die op grond van een academische graad bevoegd is de geneeskunde te beoefenen, na de diplomering als basisarts nog onder supervisie van een begeleidend arts en na een specialisatieopleiding vervolgens als huisarts of als specialist

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een dokter…

is een persoon

  • [Attribuut] draagt vooral in ziekenhuizen vaak een witte jas en heeft meestal een stethoscoop bij zich
  • [Plaats] oefent zijn beroep uit in een praktijk of in een ziekenhuis
  • [Deskundigheid of vaardigheid] is meer generalistisch geschoold als basisarts of als huisarts of heeft een opleiding doorlopen als specialist in een bepaalde medische deeldiscipline
  • [Geslacht] is van het mannelijk of vrouwelijk geslacht
  • [Activiteit of handeling] houdt spreekuur, loopt visite en verricht medische handelingen zoals het stellen van diagnoses, het voorschrijven van geneesmiddelen en het uitvoeren van medische ingrepen
  • [Oorzaak, reden of aanleiding] doet zijn werk als beroep
  • [Legitimiteit] moet, om het beroep van geneesheer uit te oefenen, de bevoegdheid daartoe hebben op grond van een medische academische graad en in Nederland geregistreerd zijn in het BIG-register volgens de "Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg", en volgens de Belgische wetgeving lid zijn van de Orde van Geneesheren

Algemene voorbeelden


Dokter Blom is als internist verbonden aan het Sophia-Ziekenhuis te Zwolle.

Meppeler Courant,

Combinatiemogelijkheden


als object bij een werkwoord


  • een dokter bezoeken
  • een dokter raadplegen

Anchi Rudy raadpleegde enkele dokters in Duitsland die allen tot een ander besluit kwamen. Daarom trok de Pool gisteren naar Rotterdam bij een bekend sporttherapeut.

De Standaard,

als subject bij een werkwoord


  • adviseren
  • behandelen
  • genezen
  • onderzoeken
  • voorschrijven

De nieuwe techniek die wetenschappers ontdekt hebben tijdens enkele baanbrekende experimenten wordt qua belang nu al vergeleken met de ontdekking van de antibiotica. Ook dat veranderde radicaal de manier waarop dokters bacteriële infecties behandelden in de tweede helft van de 20ste eeuw.

De Morgen,

Zondagavond [...] wordt hij geacht in het openbaar de traditionele Te Deum-dankzegging in Rome te verzorgen. In afwachting hebben zijn dokters de paus rust voorgeschreven.

De Standaard,

met adjectivisch tegenwoordig deelwoord


  • behandelende dokter
  • dienstdoende dokter

Het eerste gedeelte, namelijk dat Dominique Sofietje midden in de nacht levenloos in haar wiegje had aangetroffen en in paniek met haar naar het ziekenhuis was gereden waar de dienstdoende dokter vaststelde dat het kind aan wiegendood was gestorven, klonk aannemelijk.

Pandora, Pieter Aspe,

Woordfamilie


Als deel van een afleiding


Als deel van een afleiding


Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen


Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen


dokter 1.1

huisarts

Betekenisbetrekking


specialisering

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een dokter…

is een persoon

      Combinatiemogelijkheden


      als object bij een werkwoord


      • de dokter bellen
      • de dokter raadplegen
      • de dokter roepen
      • de dokter verwittigen
      • de dokter waarschuwen

      Voortdurend loopt hij onze slaapkamer in en uit, kijkt of ik niets nodig heb. Hij wil me laten eten, maar elke hap vliegt er weer uit. Hij zal de dokter bellen. Veel zal die niet kunnen doen, weet ik. Niemand vindt wat er werkelijk scheelt met me.

      De bondgenoot, Marcella Baete,

      Als u eraan twijfelt of u wel zou mogen vliegen in een specifieke medische toestand, raadpleeg dan eerst uw dokter.

      http://www.luchthavenbrussel.be/mobility/

      in voorzetselgroep


      • naar de dokter gaan

      Verhalen van anderen over slapeloosheid doen mij huiveren. Wat ze niet allemaal proberen: schaapjes tellen, lindebloesemthee drinken [...] of onschuldige slaapmiddeltjes van de drogist slikken en ten slotte naar de dokter gaan en om pillen vragen die alleen op recept verkrijgbaar zijn.

      Klaas kwam niet, W.F. Hermans,

      dokter 2.0

      iemand die voorwerpen repareert of abstracte zaken probeert te herstellen of verbeteren; reparateur

      Betekenisbetrekking


      metafoor
      Betrokken betekenissen 1.0 : 2.0

      Semagram (extra betekenisinformatie)


      Een dokter…

      is een persoon

      • [Activiteit of handeling] repareert spullen of treedt op als hersteller, consultant of therapeut in het geval van abstracte zaken die niet goed functioneren

        Algemene voorbeelden


        Zieke bedrijven Noord-Groningen vinden baat bij 'dokter'. Ondernemers in de regio Noord-Groningen die in financiële nood verkeren, kunnen een beroep doen op de 'bedrijvendokter' van het project MKB Going. Samen met de ondernemer kijkt de financiële deskundige naar de cijfers van het bedrijf.

        https://winsum.nieuws.nl/agenda/20130525/zieke-bedrijven-noord-groningen-vinden-baat-bij-dokter/,

        In dit 'Gouden Boekje' geneest dokter Pijpekop verschillende poppen, zoals een houten soldaat, een teddybeer en een lappenpop.

        https://www.bol.com/nl/p/dokter-pijpekop-de-poppendokter/666757276/

        Woordfamilie


        Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen